NL - 141
4.9.4
Menu 8: Deuraanpassingen
LET OP
Na het wijzigen van de instelling moet de krachtinleerfase opnieuw
worden uitgevoerd.
1. Kies menupunt "8".
ð
Na circa 2 seconden knippert de weergave en verschijnt de ingestelde
waarde. In de aflevertoestand is de waarde "4" ingesteld. Voor een
optimaal bewegingsverloop en voor het handhaven van de krachten, moet
het juiste deurtype worden geselecteerd.
2. De instelling indien nodig aanpassen met de knoppen OPEN (B) en
DICHT (C).
Menuwaarde
Deurtype
0
Deur met twee deurbladen
1
Niet uitzwenkende deur, Canopy
2
Draaideur, kanteldeur normaal
3
Draaideur, kanteldeur gevoelige loop
4
Universele instelling (fabrieksinstelling)
5
Sectionale deur met trekveerbeslag (Topspeed)
6
Sectionale deur met torsieveerbeslag (Topspeed)
7
Industriële sectionale deur met normaal beslag
8
Zijwaartse sectionale deur (Topspeed)
9
Zijwaartse sectionale deur met zijsluitranden
3. Op de programmeerknop (PROG-knop) (D) drukken.
ð
De waarde "9" wordt weergegeven.