NL
NL
171
170
s
APPARAATBESCHRIJVING
1 Deksel van het opbergvak voor de vacuümfolierol
2 Bedieningspaneel met contactgevoelige sensorknoppen
De exacte beschrijving van de functieknoppen vindt u op pagina 172–174.
3 Aansluitingsopening voor vacuümslang
Voor aansluiting van de vacuümslang en het aanzuigen van de lucht uit voor-
raadbussen van Solis.
4 Voordeksel voor de toegang tot de vacuümkamer en met daarachter
liggend opbergvak voor de vacuümslang
5 Vacumeeropening met sealstrip
6 Start- en vergrendelingshendel
Nadat u met de sensorknoppen een functie heeft geselecteerd en het zakuit-
einde / folieuiteinde heeft geplaatst, moet u de starthendel omlaag drukken
om het apparaat te starten. Met de starthendel wordt ook de vacuümkamer
gesloten en de zak in de vacuümkamer vergrendeld. De zak kan tot het vol-
tooien van de functie niet uit het apparaat worden getrokken.
7 Opbergvak voor de vacuümfolierol
Voor het plaatsen en bewaren van de vacuümfolierol waarmee zakken wor-
den gemaakt.
8 Snijbalk met meshendel
Voor het eenvoudige afsnijden van folie van de vacuümfolierol.
9 Ontgrendelingsknoppen voor de toegang tot de vacuümkamer
Bij een geopend voordeksel kan het apparaat omlaag worden geklapt door
gelijktijdig op beide ontgrendelingsknoppen te drukken, zodat u toegang
heeft tot de sealstrip, de lekbak, het dichtingsrubber en het aandrukrubber.
10 Vacuümslang
Voor een eenvoudige toegang ligt de vacuümslang in het vak achter het voor-
deksel.
11 Sealstrip in de vacuümkamer
12 Uitneembare lekbak
De uitneembare lekbak vangt het merendeel van de vloeistof op bij het vacu-
meren van levensmiddelen met een laag vochtpercentage en kan voor een-
voudige reiniging worden verwijderd.
13 Bovenste en onderste dichting
De dichtingen garanderen dat het uiteinde van de zak tijdens het vacume-
ren luchtdicht wordt geseald en dat alle lucht kan worden weggezogen. De
onderste dichting kan voor reiniging worden verwijderd.
14 Aandrukrubber
Het tegenstuk van de sealstrip waarmee het uiteinde van de zak glad tegen
de sealstrip wordt aangedrukt en optimaal wordt geseald.
15 Kabelopening
Om veilige plaatsing van het apparaat te garanderen moet de afgewikkelde
kabel door de kabelopening worden geleid alvorens de stroomstekker in het
stopcontact te steken.
16 Stroomkabel in kabelvak
17 Antislipvoetjes
2
1
3
6
▼
▼
▼
4
▼
▼
▼
5
▼
1
7
9
10
12
11
9
14
13
8
4
▼
▼
10
15
16
17
17
17
17
▼
▼
▼
▼
▼
▼
▼
▼
▼
▼
▼
▼
▼
▼
▼
▼