N
e
d
e
rl
a
n
d
s
NL2
2. Veiligheidsvoorschriften
•
Dit apparaat kan worden gebruikt door kinderen van 8 jaar en ouder en personen
met verminderde lichamelijke, zintuiglijke of geestelijke vermogens of gebrek aan
ervaring en kennis als ze onder toezicht staan of worden geïnstrueerd over het
gebruik van het apparaat op een veilige manier en de gevaren begrijpen. Kinderen
mogen niet met het apparaat spelen. Zonder toezicht mogen reiniging en het on-
derhoud niet door kinderen worden uitgevoerd.
•
De acculader nooit in een zeer vochtige of natte omgeving gebruiken (bijvoorbeeld
buitenshuis), er vloeistoffen over laten lopen of onderdompelen in water.
•
Neem de acculader nooit in gebruik indien de kabels beschadigd zijn, de behuizing
geopend is, of de behuizing zodanig is beschadigd dat interne delen toegankelijk
worden.
•
Als het net snoer is beschadigd, moet het worden vervangen door de fabrikant, de
service organisatie of gekwalificeerde personen, om gevaarlijke situaties te vermij-
den. Indien de acculader defect is probeer deze dan niet zelf te repareren.
•
Zorg ervoor dat de acculader stabiel staat of is gemonteerd middels de montage
gaten.
•
Houdt minimaal 10 cm ruimte om de acculader heen vrij om de warmte die tijdens
het gebruik ontstaat af te kunnen voeren.
•
De acculader is geschikt voor de in Europa gebruikelijke 220-240V/50Hz netspan-
ning. Het gebruiken op plaatsten waar andere netspanningen gelden kan de accu-
lader beschadigen of onveilig maken. Raadpleeg bij twijfel uw leverancier.
•
Laad uitsluitend de gespecificeerde typen accu’s en laad geen niet oplaadbare
batterijen.
•
Zorg bij het laden voor voldoende ventilatie. Met name rondom de accu’s. Tijdens
het laden kan een kleine hoeveelheid explosief gas uit de batterijen vrijkomen.
Bij onvoldoende ventilatie zou dit in combinatie met open vuur en vonken tot ge-
vaarlijke situaties kunnen leiden.
•
De accu nooit aansluiten of afkoppelen terwijl de acculader op de netspanning is
aangesloten. Dit i.v.m. gevaar voor vonkvorming. Voor het aansluiten of afkoppe-
len van een accu altijd de netstekker uit de wandcontactdoos halen.
•
Accu’s zijn in staat in korte tijd veel energie te leveren. Voorkom daarom dat er op
welke wijze dan ook een kortsluiting kan ontstaan, door bijvoorbeeld over de kabel
te lopen of de kabel en aansluitconnector door onjuist gebruik te beschadigen.
•
Kort de lengte van de laadkabel niet in.
•
Gebruik alleen accu’s, die geschikt zijn voor de ingestelde laadkarakteristiek
•
Leg de acculader nooit op de accu
•
Beschadigde accu’s mogen niet gebruikt worden.
•
De acculader nooit afdekken. Er moet genoeg ruimte voor afkoeling zijn.
•
De verkoop naar en in de USA en Canada, alsmede ingebruikname aldaar, is
verboden.
Summary of Contents for 322/518
Page 30: ...Notes...