Du-8
Ɣ%(',(1,1*6,16758&7,(6Ɣ
Symptoom
Uitleg en controlepunten
Binnenunit
De unit kan niet worden be-
diend.
• Is de netschakelaar aangezet?
• Is de stekker in het stopcontact gestoken?
• Is de ON-timer ingesteld?
• Is er iets dat normaal bedrijf van de instelklep
belemmert?
Blz. 5
Na het opnieuw inschakelen
werkt de unit ongeveer 3 mi-
nuten niet.
• Dit gebeurt op aangeven van de micropro-
cessor ter bescherming van de unit. Wacht
even.
Er komt damp uit de luchtuitlaat
van de binnenunit.
• De koele lucht uit de unit zorgt ervoor dat
vocht in de lucht binnen de ruimte snel
afkoelt en in dampvorm overgaat.
De zwenkfunctie van de HO-
RIZONTALE SCHOEP stopt
even en start daarna weer.
• Hierdoor gaat de zwenkfunctie van de
HORIZONTALE SCHOEP weer normaal
werken.
Tijdens de werking verandert
de luchtstroomrichting.
De richting van de horizontale
schoep kan niet worden aange-
past met de afstandsbediening.
• Indien tijdens verwarmen de temperatuur
van de luchtstroom te laag is of het apparaat
aan het ontdooien is, dan wordt de horizon-
tale schoep automatisch in verticale positie
gezet.
• Als de airconditioner in de COOL (koel)- of
DRY (droog)-stand werkt, en 1 uur lang
door blijft gaan terwijl de lucht naar beneden
blaast, wordt de richting van de luchtstroom
automatisch naar positie (1) gebracht om te
voorkomen dat condenswater naar beneden
kan druppelen.
• De horizontale schoep beweegt in bepaalde
intervallen automatisch om de positie ervan
vast te stellen, vervolgens keert hij naar de
uitgangspositie terug.
In de bedrijfsstand verwarmen
wordt de werking ongeveer 10
minuten lang gestopt.
• De buitenunit wordt ontdooid.
Dit is in 10 minuten voltooid; wacht daarom
even. (Wanneer de buitentemperatuur te
laag is en de vochtigheid te hoog, wordt ijs
gevormd.)
De unit start automatisch wan-
neer de netspanning wordt
ingeschakeld, maar kan niet
met de afstandsbediening
worden bediend.
• Deze modellen zijn uitgerust met een functie
voor automatisch opnieuw starten. Wan-
neer de netspanning uitgeschakeld wordt
zonder de unit met de afstandsbediening
uit te zetten en vervolgens de netspanning
weer wordt ingeschakeld, dan start de
unit automatisch opnieuw in de stand die
met de afstandsbediening was ingesteld
toen de stroomtoevoer werd onderbroken.
Raadpleeg “Automatische herstartfunctie”
blz. 4
.
De instelklep gaat automatisch
open en dicht.
• De instelklep wordt automatisch geregeld
via een microcomputer, in overeenstem-
ming met de luchtstroomtemperatuur en
bedrijfstijd van de airconditioner.
Multisysteemfunctie
De binnenunit die niet in wer-
king is, wordt warm en er is
een geluid dat lijkt op stromend
water, in de unit te horen.
• Door een binnenunit die niet in werking is,
blijft toch een kleine hoeveelheid koelmiddel
stromen.
Als de stand verwarmen wordt
geselecteerd, zal de unit niet
direct met verwarmen begin-
nen.
• Als het verwarmen wordt gestart tijdens het
ontdooien van van de buitenunit, dan duurt
het enkele minuten (max. 10 minuten) voordat
er warme lucht uit de unit wordt geblazen.
Buitenunit
De ventilator van de buiten-
unit draait niet, ook al is de
compressor in werking. Als de
ventilator begint te draaien,
stopt hij snel weer.
• Als de buitentemperatuur tijdens het koelen
erg laag is, werkt de ventilator met tus-
senpozen om voldoende koelwerking te
verkrijgen.
De buitenunit lekt water.
• Tijdens COOL en DRY worden leidingen en
hun koppelingen afgekoeld, waardoor op
hun buitenkant condens kan ontstaan.
• Tijdens verwarmen kan condenswater op de
warmtewisselaar ontstaan en naar beneden
druppen.
• Tijdens verwarmen zorgt de ontdooifunctie
ervoor dat ijs op de buitenunit smelt en als
water naar beneden drupt.
O
PLOSSEN VAN PROBLEMEN
Symptoom
Uitleg en controlepunten
Er komt witte rook uit de bui-
tenunit.
• Tijdens verwarmen ontstaat door het ont-
dooien stoom, die op witte rook lijkt.
Afstandsbediening
Het display van de afstands-
bediening is niet zichtbaar of
is vaag. De binnenunit reageert
niet op het signaal van de af-
standsbediening.
• Zijn de batterijen leeg?
Blz. 3
• Zijn de polen (+, -) van de batterijen verwis-
seld?
Blz. 3
• Wordt er op toetsen van de afstandsbe-
diening van andere elektrische apparaten
gedrukt?
Koelt of verwarmt niet
De airconditioner koelt of ver-
warmt niet voldoende.
• Is de juiste temperatuur ingesteld?
Blz. 4
• Is de juiste ventilatorsnelheid ingesteld?
Verhoog de ventilatorsnelheid.
Blz. 5
• Is de schakelaar voor de luchtuitlaat inge-
steld op “alleen bovenluchtuitlaat” ? Wijzig
anders de schakelaar naar “boven- en
onderluchtuilaten”.
Blz. 5
,VKHW¿OWHUVFKRRQ"
Blz. 7
• Is de ventilator of de warmtewisselaar van
de binnenunit schoon?
Blz. 7
• Wordt de luchtinlaat of -uitlaat van de bin-
nen- of buitenunit geblokkeerd?
• Staat er een raam of deur open?
De ruimte wordt niet voldoende
gekoeld.
• Als u in een ruimte een ventilator of gas-
fornuis gebruikt, wordt het koelsysteem
zwaarder belast. Hierdoor kan het koelend
vermogen mogelijk onvoldoende zijn.
• Als de buitentemperatuur erg hoog is, kan
het koelend vermogen mogelijk niet vol-
doende zijn.
De ruimte wordt niet voldoende
verwarmd.
• Als de buitentemperatuur erg laag is, kan
de verwarmingscapaciteit mogelijk niet
voldoende zijn.
In de bedrijfsstand verwarmen
wordt de lucht niet snel uitge-
blazen.
• Wacht even totdat de airconditioner gereed
is om warme lucht uit te blazen.
Luchtstroom
De lucht uit de binnenunit ruikt
vreemd.
,VKHW¿OWHUVFKRRQ"
Blz. 7
• Is de ventilator of de warmtewisselaar van
de binnenunit schoon?
Blz. 7
• De airconditioner kan geuren opnemen van
muren, vloerkleden, meubilair, kleding e.d.
en deze samen met de lucht uitblazen.
Geluid
Een krakend geluid is te ho-
ren.
• Dit geluid ontstaat door uitzetten/inkrimpen
van de inlaatrooster, enz. dat wordt veroor-
zaakt door temperatuurveranderingen.
Een borrelend geluid is te
horen.
• Dit geluid hoort u wanneer bij het inscha-
kelen van afzuiging of ventilator buitenlucht
wordt aangezogen via de afvoerslang,
waardoor water dat zich in de afvoerslang
bevindt naar buiten spuit.
U hoort dit geluid ook wanneer buitenlucht in
de afvoerslang wordt geblazen door sterke
wind.
De binnenunit maakt mechani-
sche geluiden.
• Dit geluid ontstaat wanneer de ventilator of
de compressor wordt in- of uitgeschakeld.
Het stromen van water is te
horen.
• Dit geluid ontstaat wanneer er koelmiddel of
gecondenseerd water in de airconditioner
stroomt.
Soms is een sissend geluid
te horen.
• Dit geluid ontstaat wanneer de stroming
van het koelmiddel door de airconditioner
verandert.
Indien u deze punten heeft gecontroleerd maar de airconditioner nog niet
juist functioneert, gebruik de airconditioner dan niet meer en raadpleeg
uw leverancier.
Zet in de volgende gevallen de airconditioner uit en raadpleeg uw leve-
rancier.
• Wanneer water uit de binnenunit lekt of druppelt.
• Wanneer de bovenste bedieningsindicator knippert.
• Wanneer de netschakelaar vaak uit gaat.
• De signalen van de afstandsbediening worden mogelijk niet goed ontvangen
in een ruimte waar TL-verlichting (bijv. van het invertertype) wordt gebruikt.
• De werking van de airconditioner stoort de radio- en tv-ontvangst. Voor het
betreffende apparaat kan een antenneversterker nodig zijn.
• Wanneer er een abnormaal geluid te horen is.