51
8. DMX-aansluiting
Het apparaat is uitsluitend bedoeld voor aansluitingen op DMX-controllers met DMX-512-
protocol.
Er kunnen max. 32 apparaten in een DMX-ketting worden opgenomen, omdat anders de
controller wordt overbelast.
De maximale totale lengte van de DMX-ketting mag 500m niet overschrijden.
Bij gebruik van XLR-microfoonkabels kan het tot storingen in de DMX-signaaloverdracht
komen. Gebruikt u in dit geval speciale DMX-hoogfrequentleidingen.
• Verbind de DMX-ingang met de uitgang van de DMX-controller.
• Gebruik hiervoor een afgeschermde XLR-kabel. De controller moet over een vrij besturingskanaal beschikken.
• Verbind de DMX-uitgang DMX OUT met de DMX-ingang van het onderstaande apparaat. Als de nevelmachine
het laatste of het enige apparaat in de DMX-ketting is, dan plaatst u hier een stekker met een 120 Ohm/0,25 W-
afsluitweerstand (tussen pen 2 en pen 3).
Bedrading van de DMX-aansluiting: Pen 1 = massa / Pen 2 = (-) / Pen 3 = (+)
Verbind de massaleiding GND nooit met de massa van de behuizing van de nevelmachine, omdat
anders storingen kunnen ontstaan in de signaaloverdracht, veroorzaakt door massalussen.