![Leister VARIMAT V2 Operating Instructions Manual Download Page 87](http://html1.mh-extra.com/html/leister/varimat-v2/varimat-v2_operating-instructions-manual_1873932087.webp)
87
1. Werkmodus
1.3 Aandrijfsnelheid instellen
• Met de toets Aandrijving kan de aandrijfsnelheid worden aangepast. Dit kan via
het draaien aan de e-Drive in stappen van 0,1 m/min van 0,7 m/min – 12,0 m/min
worden ingesteld. Deze instelling kan met een ingeschakelde of uitgeschakelde aandri-
jving worden uitgevoerd.
• Als de
lasmond (9)
niet in de laspositie staat, dan verschijnt er aan de linkerkant van het
display (5)
het symbool.
• Door te drukken op de e-Drive kan de aandrijving worden ingeschakeld en
verschijnt het symbool . De aandrijfsnelheid kan direct door te draaien aan de e-Drive
worden aangepast.
• Door opnieuw op de e-Drive te drukken wordt het bevel Stop uitgevoerd en wordt de aandrijving
uitgeschakeld. Op het display verschijnt de weergave van de instelwaarden of Cool Down.
• Als gedurende 3 seconden geen ingave via de
bedieningselementen (4)
plaatsvindt, wordt de nieuwe
aandrijfsnelheid overgenomen.
Op het
display (5)
verschijnt de weergave van de instelwaarden of Cool Down.
• Als de toets Aandrijving gedurende 3 seconden wordt ingedrukt, schakelt de weergave naar een ander
menu (zie Hoofdstuk 1.6 Lengtemeting, ventilator- een aandrijfmeter).
• Met de toets Verhitten of Ventilator kan naar het huidige menu geschakeld worden.
Stop
1.4 Lastemperatuur instellen
• Met de toets Verhitten kan de lastemperatuur worden aangepast. De lastemperatuur
kan in stappen van 10°C van 100°C - 620°C ingesteld worden door te draaien aan
de e-Drive. De instelling wordt na 3 seconden overgenomen, zolang er in deze
3 seconden geen toets wordt aangeraakt.
• Als dit menu door de weergave van de instelwaarde wordt opgeroepen, kunnen
Verhitten en Ventilator door te drukken op de e-Drive worden gestart.
Als Verhitten is ingeschakeld, kan het menu Cool Down worden gekozen
(hoofdstuk 1.8, Afkoelen).
• Door gedurende 3 seconden te drukken op de toets Verhitten verandert het
display (5)
. De netspanning verschijnt onder de aandrijfsnelheid. Deze oproep is
alleen via de werkweergave mogelijk (hoofdstuk 1.2).
• Bij een ingestelde lastemperatuur van 500° C en hoger wordt het luchtmengs-
el automatisch gereduceerd. De gebruiker kan echter via de toets Ventilator het
luchtmengsel handmatig veranderen (hoofdstuk 1.5). Als een ster achter de
weergave van het luchtmengsel verschijnt, is het bereiken van de lastemperatuur niet
meer gewaarborgd.
• Met de toets Aandrijving of Ventilator kan naar het huidige menu geschakeld worden.