
NEDERLANDS
NEDERLANDS
bouten, bevestigingsmoeren en borgringetjes. Gebruik geen gebruikte
bevestigingselementen. Dit levert gevaar op voor de motorvibrator
of de structuur.
3.2 ELEKTRISCHE AANSLUITING
Alle bedradingen moeten volgens de Nationale Voorschriften en
volgens de wetgeving in het land van gebruik worden uitgevoerd, met
bijzondere verwijzing naar de normen en wetgevingen die voor mogelijk
explosieve omgevingen van kracht zijn (beschermingswijze “d”).
De aansluitingen moeten door gespecialiseerde elektriciens uitge-
voerd worden.
De geleiders van de voedingskabel voor de aansluiting van de trilmachine op
het elektriciteitsnet moeten een gepaste diameter hebben, zodat de stroomdi-
chtheid in elke geleider niet meer bedraagt dan 4 A/mm2. Een van deze
geleiders dient uitsluitend voor de aardaansluiting van de trilmachine.
De doorsnede van de geleiders moet ook aangepast zijn in functie van de
lengte van de gebruikte kabel, om langsheen de kabel geen spanningsver-
lies te veroorzaken die groter is dan de waarden voorgeschreven door de
wetgeving terzake.
De geleiders van de stroomtoevoerkabel voor de aansluiting van de
motorvibrator aan het elektriciteitsnet moeten een geschikte door-
snede hebben.
Gebruik een stroomtoevoerkabel geschikt voor een temperatuur
boven de 105°C.
Alle CDX/IMX/VMX elektrische trilmotoren type G/D zijn uitgerust
met een 130°C thermische beveiliging met een normaal gesloten
(NC) schakelcontact (norm IEC/EN 60730); het thermisch beveili-
gingscircuit is geschikt voor een maximum voltage van 600 Vac en
een maximum vermogen van 720 VA. Gebruik een handbediende
impulsieve schakelaar.
De thermische beveiliging dient te worden aangesloten conform het
schema in fig.25, pagina 88.
Als alternatief - alleen op specifiek verzoek - de CDX/IMX/VMX elek-
trische trilmotoren type G/D worden uitgerust met een 130°C PTC
thermistor, conform de normen DIN 44081-DIN 44082.
De gevraagde thermistor dient te worden aangesloten conform het
schema in fig.26, pagina 89.
De CDX/IMX/VMX type G elektrische trilmotoren zijn niet uitgerust
met thermische beveiliging of PTC-thermistor.
De uitlopers van de thermische beveiliging (of thermistor) zijn geplaatst
in de klemmenkast en zijn gemarkeerd als P1 en P2.
Op verzoek van de klant kan de trilmotor worden voorzien van een 26W
stilstand verwarming; de stilstandverwarming kan worden aangeraden als
de omgevingstemperatuur lager is dan -20°C en bij wisselende belasting
in een omgeving met hoge luchtvochtigheid.
Voor het aansluitschema van de verwarming: zie het diagram op pagina
90.
3.3 AANSLUITSCHEMA’S KLEMMENSTROOK
LET OP: een tropen geïsoleerde schroef - aangeduid met het aarde
symbool - is geplaatst in de klemmenkast en aan de buitenkant (fig.8,
pagina 6). Met deze schroef, die dient als connector voor de aarding
van de motorvibrator, moet de geel-groene geleider verbonden worden
(alleen groen in USA) van de stroomtoevoerkabel.
De aansluitschema’s staan aan de onderkant van het klemmenkastdeksel;
deze schema’s staan tevens vermeld in pagina 86.
3.4 BEVESTIGING VAN DE VOEDINGSKABEL AAN
DE KLEMMENSTROOK VAN DE TRILMACHINE
De elektrische trilmotoren worden geleverd zonder kabel.
De gebruiker dient een kabel te monteren in overeenstemming met de
wetgeving en norm voor de specifieke zone en land van gebruik.
Maak voor de aansluitingen altijd gebruik van kabelschoenen met
oog (Afb.9, pag.6).
Vermijd uitrafelingen die onderbrekingen of kortsluiting kunnen
veroorzaken (A Afb.10, pag.6).
Denk er altijd aan de voorziene ringetjes aan te brengen vóór de
moeren (B Afb.10, pag.6), om te voorkomen dat deze laatste loskomen
en een onzekere aansluiting op het net veroorzaken, met mogelijke
schade tot gevolg.
Leg de geleiders van de kabel niet over elkaar (Afb.11, pag.6).
Voer de aansluitingen uit volgens de bijgeleverde schema’s en draai de
kabelgoot volledig vast (A Afb.12, pag.6).
Breng de draadplug aan en zorg ervoor dat deze de geleiders goed aandrukt.
Monteer het deksel en wees voorzichtig de pakking niet te beschadigen
(B Afb.12, pag.6).
Controleer altijd of de spanning en de frequentie van het net ove-
reenkomen met de waarden op het typeplaatje van de trilmachine,
vooraleer de voeding tot stand te brengen (Afb. 14, pag.7).
Alle trilmachines moeten aangesloten worden op een gepaste externe
beveiliging tegen overbelasting, volgens de geldende normen.
Wanneer de
trilmachines in paar
geïnstalleerd worden, is het belangrijk
dat elk van hen beschikt over een eigen externe beveiliging tegen overbe-
lasting en dat deze beveiligingen onderling geblokkeerd zijn. Ingeval van
een accidentale stillegging van de trilmachine, waarbij de voeding naar de
twee trilmachines immers gelijktijdig onderbroken, wordt op die manier de
uitrusting waarop ze aangebracht zijn niet beschadigd (Afb.13, pag.6).
Zie pagina 88, figuur 25, voor een voorbeeld van vermogen en controle
circuits voor trilmotoren met thermische beveiliging.
Zie pagina 89, figuur 26 as voorbeeld van vermogen en controle circuits in
geval van trilmotoren met thermistor.
Belangrijk!: Voor de keuze van de elektrische apparatuur voor de
start/stop en de beveiliging tegen overbelasting, raadpleeg de tech-
nische gegevens, de elektrische kenmerken, de nominale stroom en
de aanloopstroom. Gebruik overigens altijd vertraagde magnetother-
mische schakelaars, om het loshaken tijdens de aanloop, die langer
kan duren bij een lage omgevingstemperatuur, te voorkomen.
3.5 VOEDING MET INVERTER
Alle trilmachines kunnen gevoed worden met een (inverter) van 20Hz tot de
frequentie aangegeven op het plaatje, met werking bij constant koppel (of
met lineair verloop van de kromme Volt-Hertz) aan de hand van de inverter
van het type PWM (Pulse Width Modulation).
Wanneer een frequentieregelaar wordt gebruikt, mag de maximaal toegesta-
ne frequentie niet worden overschreden. Neem bij twijfel over de berekening
van de middelpuntvliedende kracht (CF) bij een bepaalde snelheid (S)
contact op met Italvibras. Toe te passen algemene formule:
CF
2
= (S
2
/S
1
)
2
*
CF
1
DEEL 4 -
Gebruik van de trilmachine
4.0 CONTROLES VÓÓR HET GEBRUIK VAN DE TRIL-
MACHINE
OPGELET: De controles moeten uitgevoerd worden door gespe-
cialiseerd personeel. Bij het demonteren en hermonteren van de
beschermingen (deksel klemmenstrook en deksel massa’s), wordt
de stroomtoevoer naar de trilmachine onderbroken.
Controle opgenomen stroom.
- Haal het deksel van de klemmenstrook.
- Schakel de trilmachine in.
- Controleer met een ampèretang (Afb.15, pag.7) voor elke fase of de
opgenomen stroom de waarde op het plaatje niet overschrijdt.
Gebeurt dit wel, dan is het noodzakelijk
- Te controleren of het elastisch systeem en de structuur van de trilmachine
conform de correcte toepassingregels zijn.
Summary of Contents for CDX IMX VMX Series
Page 4: ...1 2 4 5 D B C A 3 D 1 2 5 CDX G 4 35 40 50 CDX G D 3 35 40 50 60 70 80...
Page 6: ...Fig 1 Fig 2 Fig 3 Fig 4 Fig 5 Fig 6 Fig 7 Fig 8 A B Fig 10 Fig 11 A B A B Fig 12 Fig 13 Fig 9...
Page 7: ...Fig 14 A C B Fig 15 Fig 16 Fig 17 Fig 18 Fig 19 Fig 20 Fig 21...
Page 8: ...NOTE Fig 22...
Page 9: ...NOTE...
Page 82: ...82...