![Homa CTP 50 M Original Instruction Manual Download Page 21](http://html1.mh-extra.com/html/homa/ctp-50-m/ctp-50-m_original-instruction-manual_2147745021.webp)
21
Bij nieuwe pompen of na plaatsing van een nieuwe
asafdichting dient men het oliepeil na 1 bedrijfsweek te
controleren.
Voor een langdurige en probleemloze werking van de
pomp dienen de volgende punten regelmatig te worden
gecontroleerd:
- Stroomverbruik(A) met ampère meter controleren
- Pomphuis en waaier op zichtbare slijtage testen, evt.
vervangen
- As-Lager :door het met de hand draaien van de as, deze
op vrije- en geruislozeloop testen. Bij schade is een com-
plete revisie door een HOMA-werkplaats noodzakelijk.
Kabel en Kabeldoorvoer op waterdichtheid en beschadi-
gingen controleren.
-Oliepeil en -kwaliteit (alleen TP30) in de oliekamer. De
oliekamer is bij verticale positie van de pomp tot de
onderkant van de controleopening gevuld. Wanneer de
olie in de oliekamer troebel of melkachtig is, duidt dit op
een beschadiging van de asafdichting. In dit geval dient u
de toestand van de asafdichtingen te controleren. Ververs
de olie altijd na 3000 bedrijfsuren. Oliesoort biologisch
afbreekbare HOMA-ATOX.
- Mechanische afdichtingen op slijtage testen
Onderhoudscontract
Voor regelmatige vakkundige uitvoering van alle
noodzakelijke onderhoud- en controlewerkzaamheden
bevelen wij een HOMA-onderhoudscontract aan. Neemt u
contact op met onze servicedienst
!
Verontreinigde pompen
Indien een pomp is gebruikt voor een vloeistof die
schadelijk voor de gezondheid is, wordt deze pomp als
verontreinigd beschouwd.
Wanneer HOMA wordt verzocht een pomp in reparatie te
geven, dienen alle gegevens over het gepompte medium
enz. aan HOMA te worden overhandigd
voordat
de pomp
aan HOMA wordt geretourneerd. Gebeurt dat niet, dan
kann HOMA weigeren de pomp te repareren.
Eventuele kosten voor het retourneren van de pomp zijn
voor rekening van de klant.
Indien de pomp is gebruikt voor vloeistoffen die schadelijk
zijn voor de gezondheid, dient de aanvraag voor een
servicebeurt te allen tijde vergezeld te gaan van gegevens
over het gepompte medium.
10. Opsporen van storingen
Voor elke reparatie aan pomp stroomtoevoer uitscha-
kelen!
Storing Oorzaak Oplossing
Motor start niet op. De
zekeringen branden
door of de
motorbeveiliging
verbreekt
•
Geen stroomtoevoer,
kortsluiting, foutieve
stroom in de kabel of
motorwikkeling
•
Kabel en motor door
een elctriciën laten
testen en herstellen
Direct uit!Let op: Niet
opnieuw inschakelen!
•
Zekering doorgebrand
(verkeerd type)
•
Zekeringen door
juiste vervangen
•
Waaier door
verontreiniging
verstopt.
•
Waaier reinigen
•
Niveauschakelaar
verplaatst of defect
•
Niveauschakelaar
testen en eventueel
uitwisselen.
Pomp loopt, maar de
motorbeveiligingscha-
kelaar springt er na
korte tijd uit.
•
Motorbeveiligingscha-
kelaar te laag inge-
steld
•
Instelling volgens de
gegevens op de
pomp-typeplaat in
acht nemen.
•
Verhoogde
stroomopname op
grond van
spanningsverlies
•
Spanning tussen
twee fasen meten.
Tolerantie ± 10% (±
5% bij explosievrije
uitvoering)
•
Waaier door
verontreiniging
geblokkeerd.
Verhoogte stroom-
opname in alle drie de
fasen.
•
Waaier reinigen
Pomp loopt met een
verminderde capaciteit
en te lage
•
Waaier door
verontreiniging
Verstopt
•
Waaier reinigen
capaciteitafname
•
Foutieve draairichting
(alleen bij draaistroom
uitvoering)
•
Draairichting
controleren en evt.
twee fasen
omwisselen
(zie par. 6.4)
Pumpe loopt, verpompt
echter geen water
•
Afsluiter gesloten of
geblokkeerd
•
Afsluiter testen en
deze openen of
reinigen
•
Terugslagklep
geblokkeerd
•
Terugslagklep
reinigen
•
Lucht in de pomp
•
Pomp ontluchten
Uit motorhuis lekt olie in
het medium.
•
Asafdichting versleten
•
Asafdichting
vernieuwen en olie
verversen