69
Nederlands
5. Een houtblok zagen dat aan beide uiteinden wordt
ondersteund
Zaag eerst tot een diepte van ongeveer een derde
vanaf de bovenkant en zaag dan van onderen om de
zaagsnede te voltooien.
De geleiderbalk kan vast komen te zitten in de
zaagsnede als u vanaf de bovenkant helemaal probeert
door te zagen. (
Afb. 27
)
6. Bomen omzagen
(1) Zaag een valkerf zoals aangegeven in
Afb. 28
:
Zaag de valkerf aan de zijde waarin u wilt dat de boom
moet omvallen.
De diepte van de valkerf moet ongeveer 1/3 van de
diameter van de boom bedragen. Zaag nooit een boom
om zonder dat u een degelijke valkerf hebt gemaakt.
(2) Zaag een velsnede zoals aangegeven in
Afb. 28
:
De velsnede moet ongeveer 5 cm hoger zijn en parallel
lopen aan de horizontale valkerf.
Als de ketting vast komt te zitten tijdens het zagen, stopt
u de zaag en gebruikt dan wiggen om de ketting vrij te
maken. Zaag niet door de volledige boom heen.
LET OP
○
Bij het omzagen van bomen voorzichtig zijn dat niemand
in gevaar wordt gebracht en er geen beschadigingen
aan eigendommen of openbare voorzieningen worden
aangebracht.
○
Ga altijd aan de hellingopwaartse zijde van het terrein
staan aangezien de boom mogelijk naar beneden gaat
rollen of schuiven nadat deze is omgezaagd.
Voorzorgsmaatregelen bij de zaagwerkzaamheden
Voor uitgebreide werkzaamheden of bij ononderbroken
werken
Dit gereedschap is uitgerust met een beveiligingscircuit
voor oververhitting dat de elektronische onderdelen
die de oplaadbare accu regelen beschermt. Tijdens
aanhoudend gebruik of tijdens werkzaamheden
onder hoge belastingen gegenereerd door druk
tegen het gereedschap, zal de temperatuur
van het gereedschap stijgen en uiteindelijk het
oververhittingsbeveiligingscircuit activeren, waardoor
het gereedschap wordt uitgeschakeld.
Laat in dit geval het gereedschap gedurende enige
tijd afkoelen. Wanneer de temperatuur is afgenomen,
kan het gereedschap weer opnieuw gebruikt worden.
Wanneer de oplaadbare accu tijdens langdurig gebruik
verwisseld moet worden, het gereedschap gedurende
ongeveer 15 minuten laten afkoelen.
Grijp/drukkracht van de kettingzaag
Pak de kettingzaag altijd stevig vast.
Druk niet harder dan nodig is op de kettingzaag. De
zaagsnelheid is niet groter wanneer tijdens het zagen
extra hard op de kettingzaag wordt gedrukt. Hierdoor
wordt wel de motor extra belast, wat resulteert in een
lagere prestatie en mogelijk beschadiging of een defect
van de motor of het zwaard tot gevolg.
Gebruik het gereedschap binnen het bereik waar de
zaagketting met normale snelheid werkt.
Als de zaagketting stopt (vast komt te zitten) als gevolg
van het uitoefenen van een te grote druk, kan dit mogelijk
letsel of een defect van het gereedschap veroorzaken.
Kettingvanger
○
De kettingvanger bevindt zich dichtbij de aandrijving,
net onder de ketting en dient om te voorkomen dat een
gebroken ketting de gebruiker zou kunnen raken.
○
Wanneer de zaagketting is gebroken, vervangt u deze
door een nieuwe zaagketting zoals beschreven in
“Aanbrengen (vervangen) van de zaagketting”.
SLIJPEN VAN HET KETTINGBLAD
WAARSCHUWING
Om een ongeluk te voorkomen, moet u het gereedschap
altijd uitschakelen en de accu losmaken van het
gereedschap.
LET OP
Slijp de zaagketting en stel de dieptemeter af op de
middelste positie op de geleiderbalk, met de ketting aan
de hoofdbehuizing bevestigd.
OPMERKING
Slijp de zaagketting en stel de dieptemeter op de
middelste positie van het zwaard af, met de zaagketting
aan het gereedschap bevestigt.
Wanneer de scherpte van een zaagketting afneemt, worden
de motor en de andere onderdelen van het gereedschap extra
belast en levert het gereedschap een inferieure prestatie.
Voor een optimale werking van het gereedschap is regelmatig
onderhoud vereist om de zaagketting scherp te houden.
1. Slijpen van de bladen
Gebruik een ronde vijl met een diameter van 4 mm.
De ronde vijl moet tegen het zaagblad worden gehouden,
zodat één vijfde van de diameter boven de bovenkant
van het zaagblad uitsteekt, zoals weergegeven in
Afb. 29
.
Slijp de bladen door de ronde vijl onder een hoek van
30° ten opzichte van de geleiderbalk te houden, zoals
weergegeven in
Afb. 30
.
Vijl de bladen door de ronde vijl voorzichtig in de richting
van de greep te duwen.
Zorg ervoor dat de ronde vijl de zaagketting niet raakt
wanneer u de vijl terugtrekt.
Zorg ervoor dat alle zaagbladen met dezelfde hoek
worden gevijld, anders wordt de zaage
ffi
ciëntie van het
gereedschap negatief beïnvloed. De juiste hoeken voor
het slijpen van de bladen zijn aangegeven in
Afb. 31
.
(Ronde vijl is los verkrijgbaar.)
2. Afstelling van de dieptemeter
WAARSCHUWING
○
Schuur het bovenste deel van de bumperband en de
bumperkoppeling niet, en zorg ervoor dat voornoemde
onderdelen niet vervormd raken.
○
Aanpassing van dieptemeters moet in lijn zijn met
de vooraf bepaalde afmetingen en vormen, anders
kan het risico op terugslag toenemen, wat letsel kan
veroorzaken.
Bumperbindriem
Bumperkoppeling
Dieptemeters moeten allemaal op dezelfde manier
worden uitgelijnd omdat ze worden gebruikt om de
diepte aan te passen op de positie waar het blad het hout
ingaat.
Controleer bij het slijpen van de zaagketting elke twee of
drie keer de dieptemeter. (
Afb. 32
)
Plaats een dieptemeterverbinding op de zaagketting,
laat de meter zichtbaar in de groef achter en gebruik een
vlakke vijl om het gedeelte uit de dieptemeterverbinding
te trekken. (
Afb. 33
) (Dieptemeterverbinding en vlakke
vijl worden afzonderlijk verkocht.)
Nadat u de dieptemeter hebt weggevijld, rondt u de
voorkant van de dieptemeter af zoals het was. (
Afb. 34
)
Na het slijpen van de zaagketting legt u deze in
kettingolie om het slijpsel af te wassen.
Als het slijpsel niet wordt afgewassen, zullen de zaagketting
en het zwaard tijdens het gebruik snel slijten.
De dieptemeterverbinding kan ook worden gebruikt bij
slijpen met een ronde vijl. (
Afb. 35
)
000Book̲CS3630DB.indb 69
000Book̲CS3630DB.indb 69
2021/01/15 12:33:17
2021/01/15 12:33:17