61
Nederlands
Gebruik van het elektrisch gereedschap voor andere
doeleinden dan waarvoor het is bedoeld, kan
resulteren in een gevaarlijke situatie.
h) Houd de handvat- en greepoppervlakken droog,
schoon en vrij van olie en vet.
Glibberige handvat- en greepoppervlakken zorgen
voor onveilig gebruik en onveilige bediening van het
gereedschap in onverwachte situaties.
5) Gebruik en onderhoud van de accu
a) Herlaad alleen met de lader die door de fabrikant
wordt gespeci
fi
ceerd.
Een lader die geschikt is voor één bepaald type accu
kan brandgevaar veroorzaken bij gebruik met een
andere accu.
b) Gebruik elektrisch gereedschap alleen met de
speci
fi
ek daarvoor bestemde accu’s.
Het gebruik van andere accu’s kan letsel of brand
veroorzaken.
c) Wanneer de accu niet in gebruik is, moet u
deze uit de buurt houden van andere metalen
voorwerpen zoals paperclips, munten,
sleutels, spijkers, schroeven of andere kleine
metalen voorwerpen die de contacten zouden
kortsluiten.
Kortsluiten van de accucontacten kan brandwonden
of brand veroorzaken.
d) Bij een verkeerd gebruik kan er vloeistof uit de
accu lekken; vermijd elk contact daarmee. Als u
dit onverhoopt toch aanraakt, moet u goed met
water spoelen. Indien de vloeistof in contact
komt met de ogen, moet u ook onmiddellijk
medische hulp inroepen.
Vloeistof die uit de accu lekt kan irritatie en
brandwonden veroorzaken.
e) Gebruik geen accu of gereedschappen die zijn
beschadigd of aangepast.
Beschadigde of aangepaste accu’s kunnen
onvoorspelbaar gedrag vertonen, wat brand,
explosie of risico op letsel veroorzaakt.
f) Stel een accu of gereedschap niet bloot aan vuur
of excessief hoge temperaturen.
Blootstelling aan vuur of temperaturen boven de
130°C kan een explosie veroorzaken.
g) Volg alle instructies voor het opladen en
laad de accu of het gereedschap niet op
buiten het temperatuurbereik dat in de
gebruikershandleiding wordt voorgeschreven.
Onjuist opladen of bij temperaturen buiten het
voorgeschreven bereik kan de accu beschadigen en
het risico op brand verhogen.
6) Onderhoud
a) Het gereedschap mag uitsluitend door bevoegd
onderhoudspersoneel worden onderhouden
en er mag daarbij uitsluitend gebruik gemaakt
worden van identieke vervangingsonderdelen.
Hierdoor kunt u er op rekenen dat het elektrisch
gereedschap veilig blijft.
b) Probeer beschadigde accu’s nooit te repareren.
Onderhoud aan accu’s dient alleen te worden
uitgevoerd door de fabrikant of erkend
onderhoudspersoneel.
VOORZORGSMAATREGELEN
Houd kinderen en kwetsbare personen op een afstand.
Het gereedschap moet na gebruik buiten het bereik
van kinderen en andere kwetsbare personen worden
opgeborgen.
VEILIGHEIDSWAARSCHUWINGEN
VOOR DE KETTINGZAAGMACHINE
1.
Houd alle lichaamsdelen uit de buurt van de
zaagketting wanneer de kettingzaagmachine
in werking is. Controleer alvorens de
kettingzaagmachine te starten of deze nergens mee
in contact is.
Een ogenblik van onoplettendheid tijdens
het gebruik van de kettingzaagmachine kan resulteren
in het verstrikt raken van uw kleding of contact van uw
lichaam met de zaagketting.
2.
Houd de kettingzaagmachine stevig vast met uw
rechterhand aan de achterste handgreep en uw
linkerhand aan de voorste handgreep.
Wanneer u de
kettingzaagmachine vasthoudt met uw handen aan de
tegengestelde handgrepen, bestaat er kans op letsel en
dit mag daarom nooit worden gedaan.
3.
Houd de kettingzaag alleen vast bij de geïsoleerde
greepoppervlakken, omdat de zaagketting in
contact kan komen met verborgen bedrading.
Zaagkettingen die in contact komen met bedrading
die onder spanning staat, kunnen ervoor zorgen dat
blootliggende metalen onderdelen van de kettingzaag
onder spanning komen te staan en de gebruiker een
elektrische schok geven.
4.
Draag oogbescherming. Verdere
beschermingsmiddelen voor gehoor, hoofd,
handen, benen en voeten worden aanbevolen.
Een geschikte beschermende uitrusting vermindert
persoonlijk letsel door rondvliegend puin of onbedoeld
contact met de zaagketting.
5.
Gebruik de kettingzaag niet in een boom, op
een ladder, vanaf een dak of een onstabiele
ondersteuning.
Het gebruik van een kettingzaag op
deze manier kan leiden tot ernstig persoonlijk letsel.
6.
Zorg dat u altijd stevig staat en gebruik de
kettingzaagmachine alleen wanneer u op een vaste,
niet trillende en vlakke ondergrond staat.
Gladde of
onstabiele oppervlakken kunnen ertoe leiden dat u de
controle over de kettingzaag verliest.
7.
Bij het doorzagen van een dikke tak die gespannen
staat, moet u er rekening mee houden dat deze kan
terugspringen.
Wanneer de spanning in de houtvezels
vrijkomt, kan de dikke tak tegen u slaan en/of de
kettingzaagmachine zelf raken waardoor u de controle
verliest.
8.
Wees voorzichtig wanneer u dunne takken of
jonge boompjes zaagt.
Het zachte materiaal kan in de
zaagketting vast komen te zitten en naar u toe gezwiept
worden of u uit balans brengen.
9.
Draag de kettingzaagmachine alleen aanj de
voorste handgreep met de kettingzaagmachine
uitgeschakeld en van uw lichaam verwijdert.
Monteer altijd de beschermkap van de
geleidingsstang wanneer u de kettingzaag
vervoert of opbergt.
Een juiste behandeling van de
kettingzaagmachine vermindert de kans op abusievelijk
contact met de bewegende zaagketting.
10.
Volg de instructies voor het smeren, aanspannen
van de ketting en het vervangen van het zaagblad
en de ketting.
Een niet juist gespannen of gesmeerde
zaagketting kan breken en vergroot de kans op
terugslag.
11.
Zaag alleen hout. Gebruik de kettingzaagmachine
niet voor toepassingen waarvoor deze niet is
bedoeld. Bijvoorbeeld: Gebruik de kettingzaag niet
voor het zagen van metaal, kunststof, metselwerk
of bouwmaterialen die niet van hout zijn.
Gebruik van
de kettingzaagmachine voor andere werkzaamheden
dan waarvoor deze is bedoeld kan resulteren in een
gevaarlijke situatie.
000Book̲CS3630DB.indb 61
000Book̲CS3630DB.indb 61
2021/01/15 12:33:14
2021/01/15 12:33:14