8
Deze kraan van GROHE kunt u in combinatie met een
boiler of een c.v.-ketel gebruiken.
Het werken met lagedrukboilers ( = open
warmwatertoestellen) is niet mogelijk.
Om de kraan correct te kunnen gebruiken, moet de
stromingsdruk tussen 1 en 5 bar liggen.
Bij hogere stromingsdrukwaarden raden wij u aan een
drukreduceerventiel in te bouwen.
Bij het installeren vóór en na de montage de
koud- en warmwaterleidingen doorspoelen
totdat het water geheel helder en schoon is.
Eventuele bezinksels uit de leidingen zouden
anders de kraan verstoppen en het drinkwater
verontreinigen.
Let erop dat u de oppervlakken bij de installatie
niet met het gereedschap beschadigt. Daarom
in geen geval getande tangen gebruiken.
1
-
8
= Nummer van afbeelding
1
Steek vóór de montage het bovenstuk
A
van de
trekstang in de kraan en schroef dit vast aan het
onderstuk
B
of bouw de glijketting in.
2
Schuif de pakking
C
op de kraan. Steek de kraan door
het gat in de bak
D
. Schuif de afdichtring
E
en de
montageset
F
er van onder op. Bevestig de kraan met
de moer
G
.
3
Voorkom dat de drukslangen van de kraan buigen
of verdraaien.
4
Schroef de drukslangen van de kraan met de
pakking
H
aan de hoekstopkranen.
5
Bouw de afvoergarnituur in.
Dicht de rand van het kelkvormige element
I
met
afdichtmiddel (verkrijgbaar bij de speciaalzaak)
en de meegeleverde o-ring
J
met de wastafel af.
5
Druk de kogelkoppelingstang
K
van de
afvoergarnituur omlaag. Draai de schroeven
L
en
M
van het scharnierstuk
N
los. Steek het onderstuk van
de trekstang
B
in de boring van het scharnierstuk
N
en druk dit tot de aanslag naar beneden. Schroef de
schroeven
L
en
M
met het onderstuk van de
trekstang
B
in verticale positie vast.
Open de koud- en warmwatertoevoer en
controleer de aansluitingen en de
afvoergarnituur op lekkages.
6
Bediening van de kraan.
Deze kraan is voorzien van een kardoes met een
volumebegrenzer. Daardoor is een traploze individuele
doorstroombeperking mogelijk.
In de fabriek wordt de maximale capaciteit afgesteld.
In combinatie met c.v.-ketels met
warmwatervoorziening en geisers is het gebruik
van de doorstroombeperking aan de
warmwaterkant niet aan te raden, i.v.m.
de tapdrempel van de geiser/combiketel.
7
Wip de plug
Q
los. Schroef het tapeind
P
met
een 3mm inbussleutel los en trek de greep
O
eraf.
Trek de kap
R
eraf.
8
Verander de capaciteit door de inbusbout met een
inbussleutel van 2,5mm te draaien.
Storing:
Aanzienlijk minder water of andersoortige
waterstraal
1. Aanvoerdruk niet voldoende: Voorgeschakelde
installatie controleren.
2. Mousseur verstopt / verontreinigd: Mousseur reinigen
of vervangen.
Storing:
lekkage in kraanhuis
1. Schroefverbinding (46 460) van kardoes (46 374) los:
Schroefverbinding van kardoes natrekken.
2. Pakkingen op bodem kardoes beschadigd of
verontreinigingen op afdichtvlakken: Koud- en
warmwatertoevoer afsluiten. Afdichtvlakken
controleren en reinigen of kardoes compleet
vervangen.
3. Ontoelaatbare gebruiksomstandigheden, zoals
warmwatertemperatuur boven 80 °C, of drukstoten
in voorgeschakelde installatie: Voor goede
gebruiksomstandigheden zorgen. Indien nodig
kardoes compleet vervangen.
Neem bij eventuele andere storingen contact op met
uw installateur.
De aanwijzingen voor de reiniging vindt u in het
bijgaande onderhoudsvoorschrift. De kraan conform de
geldende nationale voorschriften afvoeren.
Vóór de installatie
Installatie
, pagina 2
Volumebegrenzer
, pagina 2
Storingen verhelpen
, pagina 1
Onderhoud en recycling
NL