_______________________________________________________________________________________________________________________________
European Safety Systems Ltd.
Impress House, Mansell Road, Acton, London W3 7QH [email protected] Tel: +44 (0)208 743 8880
www.e-2-s.com Fax: +44 (0)208 740 4200
Document No. BExL25D and BExL15D Dutch Issue E (Two Sheets) 12-02-10 (12)
De volgende tabel geeft een overzicht van de verschillende
luidsprekers:
Type eenheid
Ingang
Wattage
Max.
I/P volt
BExL25D
100 V lijn
25 W
100 V
BExL25D
70 V lijn
25 W
70 V
BExL25D
8 ohm
25 W
14,14 V
BExL25D
16 ohm
25 W
20 V
BExL15D
100 V lijn
15 W
100 V
BExL15D
70 V lijn
15 W
70 V
BExL15D
8 ohm
15 W
10,95 V
BExL15D
16 ohm
15 W
15,49 V
De bovenstaande tabel toont tevens de maximale spanning
van de wisselstroomsignalen waarop de luidsprekers kunnen
werken.
Hoeveel stroom door elke luidspreker wordt getrokken, is
afhankelijk van de geselecteerde uitvoeraftakking (zie sectie
13 van deze instructiehandleiding). BExL25D eenheden met
een 100 volts en 70 volts lijn hebben een uitvoervermogen
van 25 W, 12,5 W, 6 W en 2 W; BExL15D eenheden met een
100 volts en 70V lijn hebben een uitvoervermogen van 15 W,
7,5 W, 3 W en 1 W.
10) Kiezen van kabels
Kabels moeten bestand zijn tegen de stroom die door alle
eenheden op de lijn wordt getrokken.
VEILIGHEIDSWAARSCHUWING:
als
de
BExL25D
luidsprekers met hoge uitvoer worden gebruikt bij hoge
omgevingstemperaturen, m.a.w. hoger dan +40º C, dan kan
de temperatuur bij de kabelingang hoger zijn dan +70ºC en
moeten dus geschikte hittebestendige kabels worden
gebruikt, met een nominale werktemperatuur van ten minste
110º C.
11) Aarding
Luidsprekers op wisselstroom als gelijkstroom moeten
worden aangesloten op aarding van goede kwaliteit. De
eenheden worden geleverd met interne en externe
aardaansluitingen, beide aangebracht op het gedeelte met de
aansluitkast op de eenheid (zie Afb. 2 en 3).
Bij gebruik van de externe aardaansluiting dient een
kabelkrimpkous te worden gebruikt. De kabelkous moet
worden aangebracht tussen de twee M5 roestvrijstalen platte
borgschijfjes. De M5 roestvrijstalen veerring moet worden
bevestigd tussen het buitenste platte borgschijfje en de M5
roestvrijstalen moer, zodat de kabelkous goed is vastgezet
en niet kan draaien of losraken.
12) Kabelwartels
De
luidsprekers
zijn
voorzien
van
dubbele
kabelwartelingangen met M20 x 1,5 ingangsschroefdraad. Er
kunnen alleen kabelwartels worden gebruikt die zijn
goedgekeurd voor Ex ‘d’-toepassingen, geschikt zijn voor het
bekabelingstype dat wordt gebruikt en voldoen aan de
vereisten van de norm EN60079-14:2008 / IEC60079-
14:2007 ten aanzien van de Ex ‘d’ vuurvaste installatie.
VEILIGHEIDSWAARSCHUWING:
als
de
BExL25D
luidsprekers met hoge uitvoer worden gebruikt bij hoge
omgevingstemperaturen, m.a.w. hoger dan +40º C, dan kan
de temperatuur bij de kabelingang hoger zijn dan +70ºC en
moeten dus geschikte hittebestendige kabelwartels worden
gebruikt, met een nominale werktemperatuur van ten minste
110º C.
Indien een hoge IP-waarde is vereist, dient een geschikte
afdichtingsring onder de kabelwartel te worden aangebracht.
Indien slechts een kabelingang wordt gebruikt, dient de
andere te worden afgesloten met een Ex ‘d’ vuurvaste
afdichtplug, die moet zijn goedgekeurd voor de
installatievereisten.
13) Kabelaansluitingen
Terminal
BExL25D (25W) BExL15D (15W)
A - B
25W
15W
A - C
12.5W
7.5W
A - D
6W
3W
A - E
2W
1W
Zie tekening C en D / Zie bedradingsschema E
14) Gelijkstroombewaking aan het einde van de lijn
Op BExL25D en BExL15D luidsprekers kan desgewenst
gelijkstroomlijnbewaking worden gebruikt. Zowel de
eenheden met 100 volts en 70 volts lijn als de eenheden met
lage impedantie zijn uitgerust met een spercondensator. Men
dient er rekening mee te houden dat elke luidspreker een 1M
ohm voorbelastingsweerstand heeft die is aangesloten op de
spercondensator en hiermee dient rekening te worden
gehouden bij het kiezen van de waarde voor de
bewakingsweerstand aan het einde van de lijn.
De bewakingsweerstand aan het einde van de lijn kan
worden aangesloten op de contacten op de eenheid aan het
einde van de lijn. Op de eenheden met lage impedantie moet
terdege
rekening
worden
gehouden
met
de
bewakingsspanning.
Op eenheden met een 100 volts lijn dient de gebruikte
weerstand aan het einde van de lijn een
minimumweerstandswaarde van 4k7 ohm en een
minimumwattage van 2,5 watt te hebben.
Op eenheden met lage impedantie dient de gebruikte
weerstand aan het einde van de lijn een
minimumweerstandswaarde van 2k ohm en een
minimumwattage van 0,5 watt of een
minimumweerstandswaarde van 500 ohm en een
minimumwattage van 2 watt te hebben. Op de eenheden met
lage impedantie moet terdege rekening worden gehouden
met de bewakingsspanning. Indien een weerstand aan het
einde van de lijn is gemonteerd op een eenheid, moeten de
koppelingen op de printkaarten van alle luidsprekers in de lijn
worden afgesneden, zodat de
gelijkstroomspercondensatoren in circuit zijn; dit om
gelijkstroombewaking op de lijn mogelijk te maken (zie Afb.
5).