![Dräger CPS 7900 Instructions For Use Manual Download Page 103](http://html.mh-extra.com/html/drager/cps-7900/cps-7900_instructions-for-use-manual_2526741103.webp)
Onderhoud
Dräger CPS 7900
103
7.4
Sluitsysteem verzorgen
1. Sluitsysteem na ieder gebruik en iedere reiniging en
desinfectie goed invetten. Alleen de bij Dräger verkrijgbare
vetstift gebruiken.
2. Met name de kettingschakels van de binnenliggende
sluitketting en het gedeelte onder de kettingschakels,
waarop de clip glijdt, voldoende invetten.
7.5
Het gaspak op dichtheid controleren
Controleapparaten en -toebehoren:
Porta Control – R 53 340
Persluchtpistool – R 51 034
Persluchtvoorziening
Controles volgens EN 464 bij kamertemperatuur (20
o
C ±5
o
C)
uitvoeren.
1. De Porta Control op dichtheid controleren
1
.
2. Sluitsysteem sluiten en gaspak met het ruggedeelte naar
boven op een schone en vlakke ondergrond uitspreiden.
3. Vizier met een zachte onderlaag beschermen tegen krassen.
4. Beschermkappen van alle gaspakventielen verwijderen en
ventielkleppen verwijderen.
5. Testkap op het rechter gaspakventiel plaatsen en op de
Porta Control aansluiten.
6. Controleslang met afdichtplug sluiten.
7. Een verdere testkap op het linker gaspakventiel plaatsen
en via verbindingsslang en slangklem verbinden met het
persluchtpistool.
8. Slangklem openen en persluchtpistool bedienen. Gaspak
zonder vouwen opblazen tot de Porta Control 17,5 mbar
(179 mm WS) aanwijst.
9. Slangklem sluiten.
10. Een pauze van 10 minuten instellen en de stopwatch starten.
Tijdens deze tijd de druk op minimaal 17 mbar
(173 mm WS) houden, zodat een druk- en temperatuur-
compensatie kan plaatsvinden. Indien nodig, met behulp
van slangklemmen en persluchtpistool bijvullen.
11. Persluchtpistool wegtrekken en slangklem openen.
Druk naar 16,5 mbar (168 mm WS) laten dalen en
slangklem sluiten.
12. Een controletijd van 6 minuten instellen en de stopwatch
starten.
13. Na afloop van de controletijd de druk op de Porta Control
aflezen.
Als de daling van de druk kleiner of gelijk is aan 3 mbar
(30 mm WS), geldt het gaspak als dicht, daarna de
testinstallatie demonteren en de gaspakventielen controleren.
Als de daling van de druk groter is dan 3 mbar (30 mm WS):
1. Kritieke punten zoals bijv. naden, handschoen-,
veiligheidslaarsaansluitingen en sluitsysteem met een
zeepoplossing bevochtigen.
2. Ondichte punten markeren.
3. Zeepoplossing afspoelen.
4. Gaspak ontluchten en repareren of voor reparatie naar
Dräger sturen.
5. Daarna de controle op lekkage herhalen.
7.6
De gaspakventielen op dichtheid
controleren
Controleapparaat:
Porta Control – R 53 340
1. Ventielklep bevochtigen en monteren.
2. Testinstallatie opbouwen: testkap op het te controleren
ventiel plaatsen.
3. Slangklem openen, met de pompbal voor een overdruk van
10 mbar (102 mm WS) zorgen en slangklem sluiten.
Manometer niet overbelasten.
4. Een controletijd van 1 minuut instellen en de stopwatch
starten.
5. Na afloop van de controletijd de druk op de Porta Control
aflezen.
6. Als de drukverandering kleiner is dan 1 mbar (10 mm WS),
is het gaspakventiel in orde. Volgende gaspakventiel
controleren.
7. Als de drukverandering groter is dan 1 mbar (10 mm WS),
ventielklep verwijderen en visueel controleren. Ventielklep
en ventielzitting moeten schoon en onbeschadigd zijn.
Indien nodig, ventielklep vervangen.
8. Ventielklep bevochtigen en monteren.
9. Controle herhalen.
10. Als de controle met succes is afgesloten, beschermkappen
van de gaspakventielen monteren.
AANWIJZING
Om klemmen van het sluitsysteem te voorkomen,
kunnen uitstrekende textieldraden met behulp van een
aansteker worden verwijderd. Om een beschadiging of
vervorming van het sluitsysteem te voorkomen, mag
de vlam daarbij slechts voor een fractie van een
seconde met het sluitsysteem in contact komen.
AANWIJZING
De controle is beschreven voor het controleapparaat
Porta Control. De controle kan tevens met andere
controleapparaten worden uitgevoerd, de aangegeven
waarden moeten echter worden aangehouden.
1
Volg de bijbehorende gebruiksaanwijzing op.
i
i
i
i
AANWIJZING
De controle is beschreven voor het controleapparaat
Porta Control. De controle kan tevens met andere
controleapparaten worden uitgevoerd, de aangegeven
waarden moeten echter worden aangehouden.
i
i