207
NEDERLANDS
L
R
L
R
R
L
Decoder met 8- of 6-kanaals
analoge uitgang
V
oor
Surround achter
Surround
Subwoofer
Midden
Voor instructies m.b.t. weergave via de externe ingangsaansluitingen (EXT. IN), zie blz. 224.
Aansluiten van de externe ingangsaansluitingen (EXT. IN)
• Deze aansluitingen dienen voor het invoeren van meerkanalen-audiosignalen van een externe decoder, of van
een component met een ander type van meerkanalendecoder, bijvoorbeeld een Audio DVD-speler, of een
meerkanelen-SACD-speler of een andere decoder met een toekomstig meerkanalengeluidsformaat.
• Raadpleeg voor het maken van aansluitingen eveneens de gebruiksaanwijzing van de andere componenten.
R
L
B
Een andere kamer
Ingebouwde voorhoofdversterker of vermogensversterker
Zie blz. 225 t/m 226 voor aanwijzingen over het gebruik van de MULTI ZONE-aansluitingen.
Aansluiten van de MULTI ZONE-aansluitingen
• Als een andere versterker vóór de (ingebouwde) hoofdversterker of als een vermogensversterker is
aangesloten, kunt u via de multi-bron-aansluitpunten tegelijkertijd een andere programmabron weergeven in
een andere kamer.
Luidsprekerimpedantie
• Luidsprekers met een impedantie van 6 tot
16
Ω
/ohm worden aangesloten als voor- en
middenluidsprekers.
• Luidsprekers met een impedantie van 6 tot 16
Ω
/ohm kunnen worden aangesloten als surround-
en surround-achterluidsprekers.
• Wees voorzichtig wanneer u twee paar
surroundluidsprekers (A + B) tegelijk gebruikt, want
het gebruik van luidsprekers met een impedantie
van minder dan 8
Ω
/ohm zal beschadiging
veroorzaken.
• Het beveiligingscircuit kan in werking treden als
het toestel lange tijd met een hoog volume wordt
gebruikt en luidsprekers met een lagere dan de
voorgeschreven impedantie zijn aangesloten.
OPMERKING:
Raak de luidsprekerklemmen NOOIT aan terwijl
de spanning is ingeschakeld.
Dit kan resulteren in elektrische schokken.
Aansluiten van de luidsprekerklemmen
1. Zet los door naar
links te draaien.
2. Steek het snoer
in.
3. Zet vast door naar
rechts te draaien.
Aansluitingen van het luidsprekersysteem
• Verbind de luidsprekerklemmen met de
luidsprekers, ervoor zorgend dat de polariteiten
overeenstemmen (
<
op
<
,
>
op
>
). Wanneer de
polariteiten niet overeenstemmen, resulteert dit in
een zwak middengeluid, een onduidelijke oriëntatie
van de diverse instrumenten en een verstoord
richtinggevoel van de stereo.
• Let er tijdens het maken van de aansluitingen op
dat geen van de geleiders van het luidsprekersnoer
in aanraking komt met naburige klemmen, met
andere geleiders van luidsprekersnoeren of met
het achterpaneel.
Beveiligingscircuit
• Dit toestel is uitgerust met een ultrasnel beveiligingscircuit. Dit circuit beschermt de luidsprekers onder
bepaalde omstandigheden, bijvoorbeeld wanneer de uitgang van de vermogensversterker per ongeluk
wordt kortgesloten en er een sterke stroom wordt opgewekt, wanneer de omgevingstemperatuur van het
toestel ongewoon hoog wordt, of wanneer het toestel langdurig met een hoog vermogen wordt gebruikt,
wat resulteert in een extreme stijging van de temperatuur.
Wanneer het beveiligingscircuit in werking treedt, wordt de uitvoer naar de luidsprekers automatisch
afgesneden en begint de spanningsindicator te knipperen. Ga in dit geval als volgt te werk: schakel de
spanning van het toestel uit, controleer of de luidspreker- of ingangskabels goed zijn aangesloten en laat
het toestel afkoelen als het erg heet is. Zorg voor een betere ventilatie rond het toestel en schakel de
spanning opnieuw in.
Als het beveiligingscircuit nogmaals in werking treedt, hoewel er geen problemen zijn met de bedrading
of de ventilatie van het toestel, schakel de spanning dan uit en neem contact op met een DENON-
servicecentrum.
Opmerking betreffende de luidsprekerimpedantie
• Het beveiligingscircuit kan in werking treden als het toestel lange tijd met een hoog volume wordt gebruikt
en luidsprekers met een lagere dan de voorgeschreven impedantie zijn aangesloten (bijvoorbeeld
luidsprekers met een impedantie van minder dan 4
Ω
/ohm). Als het beveiligingscircuit in werking treedt,
wordt de uitvoer naar de luidsprekers afgesneden. Schakel de spanning van het toestel uit, laat het toestel
afkoelen, zorg voor een betere ventilatie rond het toestel en schakel vervolgens de spanning opnieuw in.