33
NL
CLAGE
Als de doorstroomwaterverwarmer wordt gebruikt om een douche van water te voorzien, moet
de watertemperatuur worden begrensd tot 55 °C. De grenswaarde voor de temperatuur dient
bij de inbedrijfstelling en na overleg met de klant op maximaal 55 °C ingesteld te worden. Het
vergrendelingsfunctie dient geactiveerd te worden.
Wanneer er voorverwarmt water gebruikt wordt moet ook deze temperatuur standaard op 55 °C
worden begrensd.
Het koudwateraansluitstuk van de doorstroomwaterverwarmer is uitgerust met een geïntegreer-
de afsluitklep en een zeef. Door verontreiniging van de zeef kan het warmwatervermogen worden
gereduceerd. In dit geval dient de reiniging resp. vervanging van de zeef als volgt uitgevoerd te
worden:
1. De doorstroomwaterverwarmer via de zekeringen spanningsloos schakelen en tegen onge-
wenst opnieuw inschakelen beveiligen.
2. Open het apparaat door de ring naar beneden te trekken, de schroef eronder los te draaien
en de kap te verwijderen.
3. De afsluitklep in het koudwateraansluitstuk (a) dichtdraaien (positie “
0“) (afb. G1).
4. Draai de sluitschroef (b) uit het koudwateraansluitstuk en verwijder de zeef (c) (afb. G2).
Opmerking: Resterend water kan uitlekken.
5. De zeef kan vervolgens gereinigd of vervangen worden.
6. Na het plaatsen van de schone zeef dient de afsluitschroef vastgedraaid te worden.
7. De afsluitklep in het koudwateraansluitstuk langzaam weer opendraaien (positie “
1“). Zorg
ervoor dat er geen lekken zijn.
8. Het apparaat ontluchten door de bijbehorende warmwaterkraan meerdere keren langzaam te
openen en te sluiten tot geen lucht meer uit de leiding uittreedt.
9. De kap van het apparaat weer plaatsen. Vervolgens dient de spanning via de zekeringen
ingeschakeld te worden.
Douchegebruik
7. Eerste inbedrijfstelling
De werking van het apparaat kan worden beperkt.
Activering van de vergrendelingsfunctie
1. Stel de gewenste parameter in het instellingenmenu in (zie online in de gebruiksinstructies,
hoofdstuk »Instellingen«, paragraaf “Temperatuurlimiet” en / of “Belasting afwerpen”).
2. Koppel het apparaat los van het lichtnet (bijv. Door de zekeringen uit te schakelen).
3. Verwijder de brug van de vermogenselektronica en verplaats deze naar positie “
1” (zie
afbeelding F4).
4. Schakel het apparaat weer in.
Schakel de vergrendelingsfunctie uit
1. Koppel het apparaat los van het lichtnet (schakel de zekeringen uit).
2. Verwijder de brug van de vermogenselektronica en verplaats deze naar de positie “
0” (zie
afbeelding F4).
3. Schakel het apparaat weer in.
8. Onderhoudswerkzaamheden
Onderhoudswerkzaamheden mogen alleen door een erkende vakman worden uitgevoerd.
Reiniging en vervanging van de filterzeef in het aansluitstuk
De koudwateraansluiting van de doorstroomwaterverwarmer is uitgerust met een zeef. Door
verontreiniging van de zeef kan het warmwatervermogen worden gereduceerd. In dit geval dient
de reiniging resp. vervanging van de zeef als volgt uitgevoerd te worden:
1. De doorstroomwaterverwarmer via de zekeringen spanningsloos schakelen en tegen onge-
wenst opnieuw inschakelen beveiligen.
2. De afsluitklep in de aanvoerleiding sluiten.
3. Open het apparaat door het deksel naar beneden te trekken, de schroef eronder los te
draaien en de kap te verwijderen.
4. De aanvoerbuis van het wateraansluitstuk losmaken. Opmerking: Resterend water kan uitlek-
ken.
5. De zeef kan vervolgens gereinigd of vervangen worden.
6. Na de montage van de schone zeef dient de aanvoerbuis weer op het wateraansluitstuk
geschroefd te worden.
7. De afsluitklep in de aanvoerleiding langzaam openen. Zorg ervoor dat er geen lekken zijn.
8. Het apparaat ontluchten door de bijbehorende warmwaterkraan meerdere keren langzaam te
openen en te sluiten tot geen lucht meer uit de leiding uittreedt.
9. De kap van het apparaat weer plaatsen. Vervolgens dient de spanning via de zekeringen
ingeschakeld te worden.
Reiniging en vervanging van de filterzeef bij montage aan de wand
(afb. G3).
Vergrendelingsfunctie