158
12.1 De multimeter in- en uitschakelen
1. Gebruik de draaiknop voor het selecteren van de
gewenste meetmodus.
Æ
Het optische meetbereik wordt automatisch
geselecteerd (behalve in de stroommodus).
Æ
Begin bij het meten van een stroom altijd met
het grootste meetbereik en schakel indien no-
dig over naar een kleiner bereik.
Æ
Koppel de testkabels altijd los van de multi-
meter voordat u overschakelt op een andere
modus.
2. Schakel de multimeter uit door de draaiknop naar
de stand
OFF
te draaien.
Æ
Zet de multimeter altijd uit als u deze niet ge-
bruikt.
3. Voordat u de multimeter opbergt, dient u de testka-
bels in de klemmen met hoge impedantie te steken (
COM
en
). Dit helpt
fouten bij het uitvoeren van volgende metingen te voorkomen.
De batterij moet worden geïnstalleerd voordat u de multimeter kunt ge-
bruiken. Zie "Reiniging en onderhoud” voor instructies voor het verande-
ren/vervangen van de batterij.