NL - 9
viscount
Handleiding
3.4 AANPASSEN VAN STEM VOLUME
Het is mogelijk om het volume van elke afzonderlijke stem, klassiek en orkestraal, aan te passen, voor elke
orgel stijl. Volg deze procedure om dit te doen:
1.
Houd [SET]-knop ingedrukt en druk op [MEMORY]. Om het begin van de aanpassingsprocedure
aan te geven, knipperen de LED's van de registers tweemaal, waarna de LED's van de
[MEMORY]-knop beginnen te knipperen.
2.
Schakel de register in waarvan u het volume wilt aanpassen. De zeven LED's van de
[TRANSPOSER]-knop geven de zeven dB-volumeniveaus aan: van links naar rechts -6, -4, -2, 0,
+2, +4, +6. Als nu een register is geselecteerd, begint de LED ervan te knipperen.
3.
Andere stemmen kunnen ook worden ingeschakeld, zodat wijzigingen als geheel (totaalklank)
kunnen worden geëvalueerd. Houd er in dit geval rekening mee dat de stem waarvan u het volume
aanpast, degene is waarvan het register knippert.
4.
Druk tijdens het spelen op het klavier op [TRANSPOSER] om door de zeven niveaus te bladeren.
5.
Druk op de knop [MEMORY] om de aanpassingsbewerking te voltooien en op te slaan.
3.5 AANPASSEN VAN DE TREMULANT
Via de [TREMULANT] kunt u het effect van de tremulant op stemmen voor Manual II in- en uitschakelen.
De diepte en snelheid van de geluidsmodulatie die door de tremulant wordt geproduceerd, kan worden aangepast,
voor elke orgel stijl. Volg deze procedure om dit te doen:
1.
Houd de [SET]-knop ingedrukt en druk op [MEMORY]. Om het begin van de
aanpassingsprocedure aan te geven, knipperen de LED's van de registers tweemaal, waarna de
LED's van de [MEMORY]-knop beginnen te knipperen.
2.
Schakel een of meer Manual II-stemmen in waarmee u de tremulant wilt aanpassen.
3.
Schakel de Tremulant in. De zeven LED's van de [TEMPERAMENT]-knop geven de
modulatiesnelheid van het effect aan, terwijl de LED's van de [TRANSPOSER]-knop de
modulatiediepte aangeven.
4.
Wanneer u op het toetsenbord speelt, drukt u op de knoppen hierboven om de modulatiesnelheid
en/of modulatiediepte aan te passen.
5.
Druk op de knop [MEMORY] om de aanpassingsbewerking te voltooien en op te slaan.
3.6 SELECTIE VAN ORKEST STEMMEN
Cantorum VI Plus
heeft 14 orkeststemmen. Deze kunnen worden gekoppeld aan de vijf ORCHESTRA-
knoppen (twee voor Manual I en drie voor Manual II). De orkest stemmen die je kunt spelen zijn:
-
Piano
-
Strings
-
Oboe
- Harpsichord
- Strings with slow attack
- Clarinet
-
Celesta -
Man’s
Choir -
Flute
-
Bells
-
Gregorian
Choir -
Pan
Flute
-
Harp
-
Trumpet
Voor elke [ORCHESTRA]-knop kunt u de gewenste stem verbinden. Volg deze procedure om dit te
doen:
1.
Houd de [SET]-knop ingedrukt en druk op de knop [ORCHESTRA] waarvan u de stem wilt
wijzigen.
2.
Elke keer dat u op drukt, wordt een nieuwe stem geselecteerd uit de bovenstaande lijst. De stem