90
NE
d
ERL
AN
d
S
Gebruiksaanwijzing
4. Gebruiksaanwijzing
Er zijn vier typen controller: BionX G2, RIDE+ Pro, RIDE+ EASY and RIDE+ EASY II.
4.1 BionX G2 controller
1• Snelheidsindicator 2• Ritafstand-, totaalafstand, gemiddelde snelheid, tijdsaanduiding 3• Huidige
ondersteuningsstand 4• Huidige terugwinningsstand 5• Aan/Uit knop, verlichting Aan/Uit
6• Mode switch knop
7• ‘+’ knop 8• ‘-’ knop 9• Accu status
• Systeem in- en uitschakelen
Druk op een van de twee bovenste knoppen om het systeem in
te schakelen. De accu piept vier keer, het systeem voert een
korte zelfcontrole uit (op de display weergegeven als een als
een aftelprocedure in het snelheidsveld) en het systeem wordt
geactiveerd (ingeschakeld). Zodra het systeem is ingeschakeld,
wordt het scherm weergegeven en verschijnt elke functie naast
de overeenkomstige knop.
Als u het systeem wilt uitschakelen, drukt u op de knop
.
De accu piept vijf keer. Rijden met het systeem ingeschakeld op
stand 0 is hetzelfde als rijden met het systeem uitge-schakeld.
Als de fiets wordt achtergelaten met het systeem ingeschakeld,
wordt dit automatisch uitgeschakeld na ongeveer 10 minuten.
• De positie van de knoppen wijzigen
De aan/uit-knop
en de modusselectieknop
bevinden zich
normaal aan de rechterkant, en de knoppen ‘
+
’ en ‘
-
’ aan de linkerkant.
De functies van de knoppen, rechts en links, kunnen worden
verwisseld. De code voor deze functie is 2009. Meer informatie
hierover kan gevonden worden in de paragraaf ‘
programmeren
’.
• De ondersteuningsstand wijzigen
De ‘G2’-controller biedt vier (4) ondersteuningsstanden vier (4)
terugwinningsstanden. De smalle balk onder de ondersteunings-
balken toont de hoeveelheid energie die de motor verbruikt.
Als het systeem op ondersteuning is ingesteld, drijft de elektrische
motor het achterwiel aan en ondersteunt zo de trapbewegingen
van de berijder.
5
6
3
4
1
9
2
7
8