NL
6
Waarbij
P
het nominale
maximale
uitvoervermogen van de
zender in Watt (W) is
volgens de specificaties
van de fabrikant van de
zender en
d
de
aanbevolen
scheidingsafstand in
meter (m).
Veldsterktes van vaste
RF-zenders, als die
vastgesteld zijn in een
elektromagnetische
onderzoek ter plaatse,
a
dienen lager te zijn dan
het conformiteitsniveau
van ieder
frequentiebereik.
b
Interferentie kan
optreden in de nabijheid
van apparatuur die
gemerkt is met het
volgende symbool:
OPMERKING 1:
Bij 80 MHz en 800 MHz is het hoogste frequentiebereik van toepassing.
OPMERKING 2:
Deze richtlijnen zijn mogelijk niet in alle situaties van toepassing.
Elektromagnetische propagatie wordt beïnvloed door absorptie en reflectie
van bouwwerken, objecten en mensen.
a Veldsterktes van vaste zenders, zoals basisstations voor (draagbare/draadloze) telefoons en
mobiele zenders over land, amateurzenders, AM- en FM-radiozenders en tv-zenders kunnen
theoretisch niet nauwkeurig voorspeld worden. Om de elektromagnetische omgeving als
gevolg van vaste RF-zenders te beoordelen, dient een elektromagnetisch onderzoek ter plaatse
overwogen te worden. Als de gemeten veldsterkte op de locatie waarop de
UP-D711MD wordt gebruikt het van toepassing zijnde RF-conformiteitsniveau overschrijdt,
dient gecontroleerd te worden of de UP-D711MD normaal werkt. Als een abnormale werking
wordt waargenomen, kunnen extra maatregelen noodzakelijk zijn, zoals het opnieuw richten
of plaatsen van de UP-D711MD.
b Boven het frequentiebereik van 150 kHz tot 80 MHz dienen veldsterktes minder dan 3 V/m te
bedragen.