
RODIA
®
130/164/300
NL
15
•
Machine en boorkroon bij transport apart
vervoeren.
•
Bij vorst de machine, slangen en aanslui-
tingen droogblazen.
•
Dit apparaat mag alleen binnen opgesla-
gen worden.
oNdeRhoud eN
veRzoRGING
Reinig de machine na gebruik met water en
borstel en smeer de bewegende delen en de
tandstang met een silikonen spray.
Machine en ventilatierooster altijd schoon hou-
den. Bewaar de machine op een droge en
vorstvrije plaats.
Vacuümpomp filter reinigen
De toestand van het filter moet regelmatig wor-
den gecontroleerd.
•
Draai de vier inbusbouten aan de onder-
kant van het frame
46
los.
•
Schroef het filterdeksel
39
los.
•
Vervang de filteronderdelen indien nodig.
•
Schroef het filterdeksel
39
weer vast. De
pijlen op het deksel moeten daarbij in de
stroomrichting van de aangezogen lucht
wijzen.
•
Monteer de pomp weer in het frame
46
.
opLosseN vAN
pRoBLemeN
Vraag voor storingen die niet worden
genoemd in dit hoofdstuk, wanneer u twijfelt
of wanneer dat expliciet wordt aangeduid,
assistentie bij een erkend servicecentrum.
Probleem
Mogelijke oorzaak
Mogelijke oplossing
De motor werkt niet. Motor defekt.
Netsnoer of stekker is defect.
Schakelaar defect.
Neem contact op met de
klantenservice.
Repareer nooit zelf de motor.
Gevaar!
PRCD-schakelaar is niet ingescha-
keld, testen! Of door een elek-
trotechnicus laten controleren en
eventueel vervangen.
Laten nakijken door de
klantenservice.
Motor maakt te veel
lawaai.
Beschadigde windingen.
De koolborstels van de machine
zijn versleten.
Laat de motor nakijken door de
klantenservice.
Motor wordt te
warm.
De motor wordt overbelast.
Motor wordt niet voldoende
gekoeld.
Voorkom overbelasting van de
motor.
Verwijder stof van de motor zodat
de koellucht kan stromen.
Motor loopt. De boor-
kroon draait niet.
Aandrijving defekt.
Laat de motor nakijken door de
klantenservice.