4 ONDERHOUD
NL-20
Hanteer brandstof voorzichtig met het oog op de
grote ontvlambaarheid ervan. Gebruik een
goedgekeurde brandstofhouder waarvan de schenktuit in
de vulhals past. Gebruik geen blikken of trechters om
brandstof over te gieten.
• Vul de brandstoftank tot 25 mm onder de vulhals.
• Gebruik schone, verse #2 dieselolie met een minimum
cetaangetal van 45. Zie de motorhandleiding voor aan-
vullende informatie.
• Bij het eerste teken van beschadiging moeten brand-
stofleidingen en klemmen worden vervangen.
• Bewaar brandstof volgens plaatselijke, provinciale of
landelijke verordeningen en de aanbevelingen van uw
brandstofleverancier.
• De tank mag nooit worden overvuld of geheel leeg
raken.
In de Motorhandleiding vindt u aanvullende
brandstofinformatie.
WAARSCHUWING
Zolang de motor loopt of nog warm is, mag de
brandstofdop nooit van de tank worden verwijderd of
brandstof worden bijgevuld.
Tijdens het hanteren van brandstof mag niet worden
gerookt. De tank mag nooit in een besloten ruimte
worden gevuld of afgetapt.
Wees voorzichtig zodat u geen brandstof morst.
Onmiddellijk schoonmaken indien dit eventueel toch
gebeurt.
Brandstofhouders mogen nooit worden gehanteerd
nabij een open vlam of enig apparaat dat vonken kan
afgeven waardoor de brandstof of dampen ervan
kunnen ontsteken.
Zorg ervoor dat de brandstof na terugplaatsing stevig
vastzit.
!
Содержание HR 9016 Turbo
Страница 31: ......
Страница 161: ...SOLUZIONE DEI PROBLEMI 5 I 33...
Страница 162: ......
Страница 280: ......
Страница 281: ......