
37
Bevestigingspunt
Het bevestigingspunt (bevestigingsinrichting volgens EN 795 of het object met een
minimumsterkte volgens DGUV 112-198 = 750 kg) dient zo te worden gekozen dat een vrije
val en de valhoogte tot een minimum wordt beperkt.
Daarbij dien het mogelijke bevestigingspunt zich boven de gebruiker te bevinden en de max.
hoek ten opzichte van verticaal nooit meer dan 30° zijn (pendelbeweging).
Reiniging
Na voltooiing van de werkzaamheden dient de complete uitrusting van verontreinigingen te
worden ontdaan. Reinig met warm water tot 30° C en een fijnwasmiddel (nooit met
verdunning o.i.d.).
Vervolgens dient de uitrusting op natuurlijke wijze te worden gedroogd en van directe
warmte-inwerking te worden geweerd (bijv. vuur of vergelijkbare warmtebronnen).
De metalen beslagcomponenten dienen regelmatig te worden schoongemaakt en vervolgens
met een doek en zuurvrije smeerolie licht te worden gesmeerd resp. te worden afgewreven.
Desinfectie van de opvanggordel mag alleen plaatsvinden na overleg met de fabrikant,
omdat dit tot verkleuring en geurvorming van de gordelband kan leiden.
Niet alle desinfectiemiddelen zijn hiervoor geschikt.
Bewaring
De bewaring en het transport dient in droge en stofvrije toestand in een afgesloten metalen,
kunststof- of pvc-zak te geschieden. Geventileerd en tegen rechtstreekse zonnestraling
beschermd bewaren. Om een lange levensduur te bereiken, dient de PBM t o niet langer dan
noodzakelijk aan intensieve zonnestraling of regen te worden blootgesteld.
Controle
Persoonlijke beschermuitrustingen tegen omlaag vallen (PBM) dienen naar behoefte,
tenminste echter één keer binnen de twaalf maanden, door een vakkundige of door de
fabrikant te worden gecontroleerd. Hierbij dienen de handleidingen van de fabrikant in acht te
worden genomen.
PBM t o dienen voor ieder gebruik aan een visuele controle te worden onderworpen.
De veiligheid van de gebruiker is afhankelijk van de effectiviteit en de houdbaarheid van de
gehele uitrusting. Hierbij dienen de functies van het apparaat door de gebruiker te worden
gecontroleerd en op de volgende punten moet worden gelet:
•
Functiecontrole van de gebruikte karabijnhaken
•
Functiecontrole van meelopende opvangapparaten en kabelverstelinrichtingen
•
Eindverbindingen controleren (naden, splitsen of knopen)
•
Gordelbanden, beslagdelen, kunststofdelen en touwen op beschadigingen
controleren (bijv. vervormingen, snedes, breuken, inwerking van hitte (zweetparels) of
slijtage).
•
Markering op het product t.a.v. leesbaarheid controleren.
Содержание 10
Страница 1: ...Gebrauchsanweisung Auffanggurte Stand 29 03 2019 ...
Страница 6: ...6 1 2 3 4 5 6 8 7 ...
Страница 16: ......
Страница 20: ...20 1 2 3 4 5 6 8 7 ...
Страница 32: ...32 1 2 3 4 5 6 8 7 ...
Страница 42: ......
Страница 58: ...58 1 2 3 4 5 6 8 7 ...
Страница 68: ......
Страница 72: ...72 1 2 3 4 5 6 8 7 ...
Страница 84: ...84 1 2 3 4 5 6 8 7 ...
Страница 96: ...96 1 2 3 4 5 6 8 7 ...
Страница 108: ...108 1 2 3 4 5 6 8 7 ...
Страница 120: ...120 1 2 3 4 5 6 8 7 ...
Страница 132: ...132 Zastosowanie uchwytów ratunkowych 1 2 3 4 5 6 8 7 ...
Страница 142: ......
Страница 146: ...146 1 2 3 4 5 6 8 7 ...
Страница 158: ...158 1 2 3 4 5 6 8 7 ...
Страница 170: ...170 1 2 3 4 5 6 8 7 ...
Страница 182: ...182 1 2 3 4 5 6 8 7 ...
Страница 194: ...194 1 2 3 4 5 6 8 7 ...
Страница 206: ...206 1 2 3 4 5 6 8 7 ...
Страница 218: ...218 1 2 3 4 5 6 8 7 ...
Страница 230: ...230 1 2 3 4 5 6 8 7 ...
Страница 242: ...242 1 2 3 4 5 6 8 7 ...
Страница 254: ...254 1 2 3 4 5 6 8 7 ...
Страница 264: ......
Страница 265: ......
Страница 266: ......
Страница 267: ......
Страница 268: ......
Страница 269: ......
Страница 270: ......
Страница 271: ......