STAR DLX NEDERLANDS 12-5-2010
Onderdelen en specifieken
1. Koplamp
2. Sierrand
beschermkap
3. Plaatje
STAR
4. Richtingaanwijzer
vooraan
5. Spatbord
vooraan
6. Logo
LML
7. Vorkbescherming
8. Plaatje
LML
9. Grill
10. Kap
11. Centrale standaard
12. Achteruitkijkspiegel
13. Koppelingshendel
14. Slot bergruimte
15. Stuurslot en ontsteking
16. Instrumentenbord
17. Gascommando
18. Bediening voorrem
19. Bediening versnellingsbak
20. Schakelaar aanwijzers
21. Schakelaar lichten – startknop en claxon
8
STAR DLX NEDERLANDS 12-5-2010
Onderdelen en specifieken
ALGEMENE SPECIFIEKEN
1. MOTOR
1.1
Motor: Monocilinder horizontaal, 4-takt
1.2
Ontsteking:
Via een elektronisch
ontstekingssysteem (CDI) die stroom
voorziet naar de HS spoel zodat de
vonk wordt geproduceerd.
1.3
Smering: Vochtige carter, straal onder
geforceerde druk in de oliecarter via
een pomp.
1.4
Koppeling: Multischijf, in oliebad. De
unit wordt in werking gesteld via een
kabel die is verbonden op de hendel
aan de linker kant van het stuur, en kan
geregeld worden.
1.5
Versnellingsbak: Vier versnellingen,
met rondsel steeds gekoppeld, in
oliebad, die worden ingeschakeld via
de draaibare handgreep aan de linker
kant van het stuur, die samen met de
koppelingshendel werkt.
1.6
Koeling:
Geforceerde luchtkoeling
door middel van een centrifugaal
ventilator.
1.7
Mechanische start: Via het startpedaal
aan de rechter kant van de scooter. Met
knop enkel voor de modellen met
automatisch ontstekingssysteem.
1.8
Elektrische start: Door de
koppelingshendel in te trekken en op
de startknop te drukken.
9
Afb. 6
Afb. 7