71
NL BE
plaats daarvan dient het apparaat
van het door benzine bevuilde op
-
pervlak gereinigd te worden. Iedere
ontstekingspoging dient vermeden
te worden totdat benzinedampen
verdampt zijn.
- Omwille van de veiligheid dienen
benzinetank- en andere tankdop
-
pen bij beschadiging uitgewisseld te
worden.
• vervang defecte geluiddempers.
• Vóór het gebruik dient er altijd een
visuele controle doorgevoerd te wor
-
den, of het snoeigereedschap, de
bevestigingsbouten en de complete
snoei-eenheid versleten of bescha-
digd is/zijn. Om een onbalans te
vermijden, mag/mogen versleten of
beschadigd gereedschap en bouten
slechts per paar uitgewisseld worden.
• Wees voorzichtig bij apparaten met
verschillend snoeigereedschap omdat
de beweging van een mes tot rotatie
van de overige messen kan leiden.
• Gebruik uitsluitend reserveonderdelen
en aan slijtage onderhevige toebeho
-
ren, die door de fabrikant geleverd en
aanbevolen worden. Het gebruik van
vreemde onderdelen kan tot verwon
-
dingen leiden en heeft een onmiddel-
lijk verlies van de garantieclaim tot
gevolg.
Hantering:
• Laat de verbrandingsmotor niet draai-
en in gesloten lokalen, waar er zich
gevaarlijk koolmonoxide kan ophopen.
• Maai uitsluitend bij daglicht of bij een
goede kunstmatige verlichting. Een
onverlicht werkterrein kan tot ongeval
-
len leiden.
• Vermijd zo mogelijk het gebruik van
het apparaat bij nat gras.
• Let steeds op een veilige stand,
vooral op hellingen, vuilnisterreinen,
putten of dijken. Daardoor kunt u het
apparaat in onverwachte situaties be
-
ter controleren.
- Werk altijd dwars op de helling, nooit
op- of neerwaarts.
- Wees uiterst voorzichtig als u de rijd
-
richting op de helling wijzigt.
- Maai niet op overdreven steile hel
-
lingen (max. 10°).
• Beweeg het apparaat slechts stap
-
voets voort.
• Wees uiterst voorzichtig wanneer u
het apparaat omkeert of het naar u toe
trekt.
• Houd het snoeigereedschap stil wan
-
neer het apparaat gekanteld moet wor
-
den, voor het transport op andere vlak
-
ten dan gras en wanneer het apparaat
van de te maaien vlakte weg of in de
richting van de te maaien oppervlakte
voortbewogen wordt.
• Gebruik nooit het apparaat met be
-
schadigde beschermingsinrichtingen
of beschermroosters of zonder aan
-
gebouwde beschermingsinrichtingen,
bijvoorbeeld stootbescherming en/of
grasvanginrichtingen. Daardoor wordt
ervoor gezorgd dat de veiligheid van
het apparaat gehandhaafd blijft.
• Wijzig de regelaarinstelling van de motor
niet of draai deze niet dol. U zou het ap
-
paraat kunnen beschadigen.
• Voordat u de motor start, ontkoppelt u
al het snoeigereedschap en alle aan
-
drijvingen.
• Start of activeer de startschakelaar
met voorzichtigheid en dit in overeen
-
stemming met de door de fabrikant
verstrekte instructies. Let op vol
-
doende afstand van de voeten tot het
snoeigereedschap. Er bestaat gevaar
voor verwondingen.
• Bij het starten of aanzetten van de
Содержание BRM 46-141 A-OHV
Страница 2: ...2 4 4 21 21 25 1 2 3 4 5 6 6 7 8 9 10 11 13 12 14 15 16 17 18 19 21 20 22 24 23 25 34 27 13 1 25 ...
Страница 3: ...3 19 2 7 3 5 6 4 31 32 29 20 28 30 20 22 ...
Страница 4: ...4 17 10 33 34 9 13 12 2 1 0 5 0 6 mm ...
Страница 64: ...64 PL ...
Страница 140: ...140 CZ ...
Страница 160: ...160 LT ...
Страница 170: ...170 ...
Страница 172: ......