1. Pomp lauwwarm water (max. 35 °C) evtl. met toevoeging van een
mild reinigingsmiddel (bijv. afwasmiddel), totdat het gepompte water
helder is.
2. Voer resten af volgens de richtlijnen van de afvalverwijderingswet.
Druk in de opslagtank controleren [ afb. M1 ]:
Controleer de druk in de opslagtank regelmatig.
De druk in de voorraadtank moet ca. 1,5 bar bedragen. Voor het bijvullen
van lucht is een luchtpomp / bandenvuller met drukindicatie (manometer)
nodig.
1. Draai het beschermdeksel
(13)
eraf.
2. Open alle aftapplaatsen.
De drukzijde wordt drukloos.
3. Plaats de luchtpomp / bandenvuller op het tankventiel
(14)
en vul de tank
net zolang met lucht tot de drukweergave op de luchtpomp / banden-
vuller ca. 1,5 bar aangeeft.
4. Draai het beschermdeksel
(13)
er weer op.
5. OPBERGEN
Buitenbedrijfstelling [ afb. S1 ]:
De pomp is niet vorstbestendig!
Het product moet voor kinderen ontoegankelijk worden bewaard.
1. Trek de stekker van de pomp uit het stopcontact.
2. Sluit indien nodig alle afsluitelementen aan aanzuigzijde.
3. Open alle aftapplaatsen.
De drukzijde wordt drukloos.
4. Open de schroefstop
(6)
van de vulopening
(7)
en de wateraf -
tapschroef
(9)
.
De pomp wordt geleegd.
5. Bewaar de pomp op een droge, afgesloten en vorstvrije plaats.
Afvoeren:
(conform RL2012/19/EU)
Het product mag niet met het normale huishoudelijke afval wor-
den afgevoerd. Het moet volgens de geldende lokale milieuvoor-
schriften worden afgevoerd.
BELANGRIJK!
v
Voer het product via uw plaatselijke recyclingverzamelpunt af.
6. STORINGEN VERHELPEN
GEVAAR! Lichamelijk letsel!
Verwondingsgevaar wanneer het product onopzettelijk
start.
v
Trek de stekker van het product uit het stopcontact voordat
u storingen in het product verhelpt.
Loopwiel losmaken [ afb. T1 ]:
Een door vuil vastzittend loopwiel kan losgemaakt worden.
v
Draai de as van het loopwiel
(10)
met een schroevendraaier.
Daardoor wordt het vastzittende loopwiel losgemaakt.
Filter reinigen [ afb. T2 ]:
Wanneer de pomp niet start of tijdens het gebruik plotseling stil blijft staan,
zou dit aan een verstopt filter kunnen liggen.
1. Maak de schroefverbinding
(15)
los.
2. Draai het filter
(16)
eruit.
3. Reinig de filter
(16)
onder stromend water.
4. Monteer de filter
(16)
weer in omgekeerde volgorde.
Probleem
Mogelijke oorzaak
Oplossing
Pomp loopt maar zuigt
niet aan
Lekke resp. defecte aanzuig
leiding.
v
Controleer de aanzuigleiding
op beschadiging en dicht
deze luchtdicht af.
Pomp werd niet met water
gevuld.
v
Vul de pomp
(zie 3. BEDIENING).
Probleem
Mogelijke oorzaak
Oplossing
Pomp loopt maar zuigt
niet aan
Ingebrachte doorvoervloeistof
ontsnapt bij het zelfaanzuigen
via de op de drukzijde aange
sloten slang.
v
1. Vul de pomp nogmaals
(zie 3. BEDIENING).
2. Houd de drukslang bij een
hernieuwde ingebruikname
ca. 1 meter verticaal boven
de pomp omhoog tot de
pomp heeft aangezogen.
Een absoluut luchtdichte verbinding word verkregen met de
GARDENA aanzuigslangen (zie 8. TOEBEHOREN).
Schroefverbinding bij vulopening
is niet dicht.
v
Controleer de afdichting (ver
vang indien nodig) en draai
de schroefstop vast (gebruik
geen tang).
Lucht kan niet ontsnappen,
omdat drukzijde gesloten is,
resp. restwater in drukslang
staat.
v
Open in de drukleiding aan
wezige afsluitventielen (bijv.
spuit) of laat de drukslang
leeglopen.
Wachttijd werd niet
aangehouden.
v
Schakel de pomp in en wacht
maximaal 5 minuten.
Aanzuigfilter of terugslagklep in
aanzuigslang verstopt.
v
Reinig het filter of de terug
slagklep.
Te hoge aanzuighoogte.
v
Verklein de aanzuighoogte.
Bij andere aanzuigproblemen GARDENA aanzuigslang met terug
slagklep (zie 8. TOEBEHOREN) gebruiken en voor ingebruikname
via vulopening met doorvoervloeistof vullen.
Pomp begint niet of stopt
plotseling tijdens werking
Thermische veiligheidsschake
laar heeft de pomp uitgescha
keld vanwege oververhitting.
v
Maak de filter schoon
Neem de maximale media
temperatuur in acht (35 °C).
Pomp zonder stroom.
v
Controleer de zekeringen
en elektrische steekverbin
dingen.
Aardlekschakelaar is
geactiveerd (lekstroom).
v
Onderbreek de stroomtoevoer
naar de pomp en neem
contact op met de GARDENA
servicedienst.
Pomp is niet ingeschakeld.
v
Druk de Aan / Uitschakelaar
naar Aan.
Pomp loopt, maar doorvoer-
capaciteit gaat plotseling
achteruit
Uiteinde aanzuigslang zit niet in
het water.
v
Dompel het uiteinde van de
aanzuigslang dieper in het
water.
Aanzuigfilter of terugloopstop
verstopt.
v
Reinig het aanzuigfilter of de
terugslagklep.
Lek aan de aanzuigzijde.
v
Verhelp de lekkage.
Loopwiel blokkeert.
v
Maak het loopwiel los.
Geluidsontwikkeling in
het hydrauliekgedeelte
Hoge doorvoer (b.v. open slanguitgang, zonder aansluitapparaat)
kan leiden tot geluidsontwikkeling in het hydraulische gedeelte.
Dit is geen probleem en niet schadelijk voor de pomp. Het geluid
kan door een kleine aanpassing aan de doorvoer (b.v. licht ope
nen / sluiten van een aansluitapparaat) worden verholpen.
Pomp schakelt te vaak
in en uit
Membraan van de opslagtank is
beschadigd.
v
Laat het membraan van de
opslagtank vervangen door
de GARDENA servicedienst.
Druk in de opslagtank is te laag.
v
Vul lucht in de opslagtank bij.
Lek aan drukzijde.
v
Verhelp de lekkage aan druk
zijde.
AANWIJZING: Wend u bij andere storingen tot uw GARDENA servicecenter.
Reparaties mogen alleen door de GARDENA servicecenters en door speciaal-
zaken worden uitgevoerd, die door GARDENA zijn goedgekeurd.
7. TECHNISCHE GEGEVENS
Hydrofoorpomp
Eenheid
Waarde
(art. 9023)
Nominaal vermogen
W
800
Netspanning
V (AC)
230
Netfrequentie
Hz
50
Max. doorvoercapaciteit
l/h
3700
Max. druk / max. opvoer-
hoogte
bar /
m
4,1
41
Max. zelfaanzuighoogte
m
7
Werkdruk p(W)
(in- tot uitschakeldruk)
bar
1,5 – 2,8
NL
17
9023-20.960.01.indd 17
15.09.20 14:58
