12 |
NEDERLANDS
BEDIENING
1. Algemene aanwij-
zingen
1.1 Informatie over dit do-
cument
Het hoofdstuk „Bediening“ is bedo-
eld voor de gebruiker van het pro-
duct en voor de installateur.
Het hoofdstuk „Installatie“ is bes-
temd voor de installateur.
Info
Lees deze handleiding voor
gebruik zorgvuldig door en
bewaar deze. Overhandig de hand-
leiding in voorkomende gevallen
aan een volgende gebruiker.
1.2 Aandachtspunten in
deze documentatie
Info
Lees de infoteksten grondig
door.
f
f
Dit symbool geeft aan dat u iets
moet doen. De vereiste han-
delingen worden stapsgewijs
beschreven.
1.3 Maateenheden
Info
Tenzij anders wordt ver-
meld, worden alle maten in
millimeter aangegeven.
2. Veiligheid
2.1 Voorgeschreven gebruik
Het toestel is een elektrisch convec-
tieverwarmingstoestel voor het ver-
warmen van woonruimten.
Het toestel is bestemd voor gebruik
in een huishoudelijke omgeving. Het
kan veilig bediend worden door per-
sonen die daarover niet geïnstrueerd
zijn. Het toestel kan eveneens buiten
een huishouden gebruikt worden,
bijv. in het kleinbedrijf, voor zover
het op dezelfde wijze gebruikt wordt.
Elk ander gebruik of gebruik dat dit
overschrijdt, geldt niet als gebruik
conform de voorschriften. Tot gebru-
ik conform de voorschriften behoort
ook het in acht nemen van deze
handleiding evenals de handleidin-
gen voor het gebruikte toebehoren.
2.2 Algemene veiligheidsa-
anwijzingen
!
WAARSCHUWING letsel
-Houd kinderen jonger
dan 3 jaar uit de buurt
van het toestel, wanneer er niet
voortdurend toezicht is.
-Het toestel kan door kinderen
van 3 tot 7 jaar worden in- en
uitgeschakeld, wanneer er toe-
zicht op hen gehouden wordt,
of wanneer ze met betrekking
tot het veilige gebruik van het
toestel geïnstrueerd zijn en de
gevaren die daaruit ontstaan,
begrepen hebben. Voorwaarde
hiervoor is dat het toestel zoals
beschreven gemonteerd is. 3- tot
7-jarige kinderen mogen niet de
stekker in het stopcontact ste-
ken en mogen het toestel niet
regelen.
-Het toestel kan door kinderen
vanaf 8 jaar, alsmede door per-
sonen met verminderde fysieke,
sensorische of geestelijke ver-
mogens of met een gebrek aan
ervaring en kennis gebruikt wor-
den, wanneer er toezicht op hen
gehouden wordt, of wanneer ze
met betrekking tot het veilige
gebruik van het toestel geïns-
trueerd zijn en de gevaren die
daaruit ontstaan, begrepen
hebben.
-Kinderen mogen niet met het
toestel spelen. Kinderen mogen
zonder toezicht geen reiniging of
gebruikersonderhoud uitvoeren.
!
WAARSCHUWING letsel
Gebruik het toestel niet ...
-Wanneer er door chemi-
caliën, stof, gassen of dampen
gevaar voor brand of explosies
bestaat in de ruimte.
-In de onmiddellijke omgeving
van elektriciteitsleidingen of
containers met brandbare of ex-
plosiegevaarlijke stoffen.
-Wanneer in de opstelruimte
werkzaamheden uitgevoerd
worden, zoals leggen, slijpen,
verzegelen.
-Wanneer er wordt gewerkt met
benzinesprays, boenwas of
dergelijke. Ventileer de ruimte
voldoende voordat het toestel
wordt opgeladen.
-Wanneer de minimale afstanden
tot aangrenzende voorwerpen te
klein zijn.
-Wanneer de aansluitkabel be-
schadigd is.
WAARSCHUWING
verbranding
Leg geen brandbare, ont-
vlambare of isolerende voorwer-
pen of stoffen, zoals wasgoed, de-
kens, tijdschriften, blikken boen-
was of benzine, spuitbussen en
dergelijke op het toestel of in de
onmiddellijke omgeving ervan.
WAARSCHUWING
elektrische schok
-Raak geen onderdelen
aan die onder spanning staan.
-Bedien het toestel niet met natte
handen.
-Gebruik het toestel niet in de
onmiddellijke omgeving van
een bad, een douche of een
zwembad.
-Plaats het toestel zo dat de scha-
kel- en regelvoorzieningen niet
kunnen worden aangeraakt
door een persoon die in bad zit
of onder de douche staat.
VOORZICHTIG
verbranding
Dek het toestel niet af.
VOORZICHTIG
verbranding
Delen van het toestel kun-
nen zeer heet worden en brand-
wonden veroorzaken. Als er
kinderen en hulpbehoevenden
aanwezig zijn, is extra voorzich-
tigheid geboden.
!
VOORZICHTIG letsel
Ga niet op het toestel
staan.
!
Materiële schade
-Dek de aansluitkabel niet
af met een tapijt of loper.
-Zorg ervoor dat de aansluitkabel
niet in de weg ligt en dat niemand
erover struikelt en het toestel kan-
telen kan.
-Gebruik bij voorkeur geen ver-
lengkabels. Gebruik, indien
nodig, alleen een goedgekeurde
onbeschadigde verlengkabel met
voldoende capaciteit.
-Plaats het toestel op een vaste
ondergrond. Bij een zachte onder-
grond kan het toestel kantelen of
kunnen de ventilatieopeningen
worden geblokkeerd.
-Verschuif of draag het toestel
nooit door aan de aansluitkabel
te trekken.
-Wikkel de aansluitkabel niet om
het toestel als het is ingeschakeld.
-Trek de aansluitkabel niet over
scherpe randen.
Info
Bedien het toestel niet met
een afstandsbediening of
door middel van automatische in-
schakeling door voorgeschakelde
componenten (bijv. een timer of
kamerthermostaat).
2.3 Keurmerk
Zie het typeplaatje op het toestel.
3. Toestelbeschrijving
Het toestel is een elektrisch convec-
tieverwarmingstoestel en is bijvoor-
beeld geschikt als hoofdverwarming
in de badkamer of als aanvullende
verwarming of verwarming voor het
tussenseizoen in kleine ruimten.
Voor de opwarming wordt de kamer-
lucht door de toestelventilator via
openingen in de achterwand aan-
gezogen, door het verwarmingsele-
ment verwarmd en via het luchtaf-
voerrooster naar voren uitgeblazen.
3.1 Kantelbeveiliging
Ter voorkoming van brandgevaar is
het toestel uitgerust met een auto-
matische kantelbeveiliging.
Wanneer het toestel naar voren of
naar achteren kantelt, wordt het au-
tomatisch uitgeschakeld. Wanneer
het toestel weer rechtop wordt
gezet, wordt het automatisch weer
ingeschakeld.
4. Instellingen
Werkschakelaar
Met de werkschakelaar kunt u het
toestel in- en uitschakelen, en bo-
vendien de gewenste werkwijze
instellen.
Sym-
bool
Werkwijze Betekenis
0
Nulstand
Toestel is uit-
geschakeld
Venti-
lator
Koude stand Alleen venti-
latie
1
Verwar-
mingsstand
1
1000 W-ver-
warmings-
vermogen
2
Verwar-
mingsstand
2
2000 W-ver-
warmings-
vermogen
4.1 Thermostaat
Met de thermostaat kan de gewens-
te kamertemperatuur (tot 45 °C)
worden ingesteld. Wanneer de ka-
mertemperatuur lager wordt dan de
ingestelde waarde, begint het toestel
te verwarmen.
Ga als volgt te werk om de voor u
aangename kamertemperatuur
te bereiken ...
f
f
Zet de werkschakelaar in ver-
warmingsstand 2.
f
f
Draai de thermostaat naar rechts
tot aan de aanslag (maximale
waarde).
Het toestel verwarmt.
f
f
Zodra een voor u aangename
kamertemperatuur is bereikt,
draait u de thermostaat zo ver
terug tot het toestel met een
duidelijk hoorbare klik wordt
uitgeschakeld.
Door steeds gedurende korte tijd
te verwarmen houdt het toestel de
kamertemperatuur constant op de
ingestelde waarde.
4.2 Vorstbescherming
Het toestel beschikt over een vorst-
beschermingsfunctie die zorgt voor
automatische inschakeling als de
kamertemperatuur lager wordt dan
7 °C.
Ga als volgt te werk om de vorst-
beschermingsfunctie in te scha-
kelen ...
f
f
Draai de thermostaat naar links
tot aan de aanslag tot het pic-
togram van een sneeuwvlok
(minimale waarde).
f
f
Zet de werkschakelaar in ver-
warmingsstand 1 of 2.