58
NEDERLANDS
NL
4.5 Handgrepen (1:E)
De handgrepen zijn voorzien van handvatten
waarmee de frees over het te frezen oppervlak
wordt geleid.
De handgrepen kunnen als volgt worden afgesteld:
• Lateraal (hoek) door de hendel te ontgrendelen
(1:J).
• Verticaal door de knoppen terug te draaien
(1:S).
4.6 Brandstoftankdop (1:F)
Verwijder de tankdop om benzine bij te vullen. Ti-
jdens het frezen moet de tankdop altijd gesloten zi-
jn.
4.7 Beschermrooster (1:H)
Het beschermrooster moet tijdens het gebruik alti-
jd gemonteerd zijn. Onder het rooster bevinden
zich oppervlakken die tijdens het gebruik zeer heet
worden en bij aanraking brandwonden kunnen
veroorzaken.
4.8 Afdekking (1:I)
De afdekking beschermt de kabels en het stel-
mechanisme van de handgrepen.
4.9 Olie bijvullen (1:K)
Controleer altijd het olieniveau alvorens
de motor te starten.
Dop voor het controleren van het olieniveau en het
bijvullen van olie.
4.10Olieaftapplug (1:L)
De olieaftapplug wordt verwijderd als de afgew-
erkte motorolie moet worden afgetapt.
4.11Steunwiel (1:M)
Het steunwiel vergemakkelijkt het transport van de
machine en heeft twee standen.
Voor het uitvoeren van werkzaamheden
moet het steunwiel worden opgeklapt.
Bij transport van de machine moet het ste-
unwiel omlaag staan.
Het steunwiel wordt als volgt omhoog en omlaag
gebracht:
1. Trek de steunwielsteun naar links in de frees-
richting van de machine. Zie afb. 2.
2. Beweeg het steunwiel omhoog zodat het gren-
delmechanisme zich onder het chassis van de
machine bevindt.
3. Ontgrendel de steunwielsteun zodat het gren-
delmechanisme vastklikt onder het chassis van
de machine.
4. Omlaagbrengen gebeurt in de omgekeerde
volgorde.
4.12Rotors (1:N)
Zorg dat tijdens het gebruik niemand in
de buurt van de rotors komt.
De rotors zijn gemaakt van speciaal staal en zorgen
zowel voor de freeswerking als voor de voortbe-
weging van de machine.
4.13Snijschijf (1:O).
Zorg dat tijdens het gebruik niemand in
de buurt van de snijschijven komt.
De snijschijven bevinden zich aan de beide
rotorassen en dienen ervoor om het werkgebied af
te bakenen en de machine beter bestuurbaar te
maken.
4.14Choke (1:P)
De choke mag tijdens het gebruik nooit
worden geactiveerd. Hierdoor raakt de
motor beschadigd.
De choke mag alleen worden geactiveerd bij koude
starts.
De brandstofkraan heeft de volgende standen:
Naar voren: Open. Wordt gebruikt voor warme
starts en bedrijf.
Naar achteren: Gesloten. Wordt gebruik voor
koude starts.
4.15Brandstofkraan (1:Q)
De brandstofkraan moet tijdens het gebruik open-
staan en worden gesloten als de machine niet
wordt gebruikt.
De brandstofkraan heeft de volgende standen:
Naar voren:Open
Naar achteren: Gesloten
4.16Startkoord (1:R)
Koord voor het starten van de motor.
4.17Versnellingsregeling (1:U)
Kies tussen twee versnellingen en de vrijstand met
de versnellingshendel op de volgende manier:
Summary of Contents for SILEX 82R2-H
Page 2: ...2 S V N O U T K L Q F P G R H A C D E F H I J M N O K L G B Y 2 1 W X V 1 2 3...
Page 3: ...3 A B C D V F L E H I J K K I R 4 6 8 5 7 9...
Page 4: ...4 U N O M8 x 45 M8 x 40 1 2 3 4 J K L M 10 12 14 11 13 15...
Page 92: ...92 RU 1 2 2 1 Stop 2 2 2 3...
Page 93: ...93 RU 20 20 2 4 2 5...
Page 99: ...99 RU 8 GGP...
Page 121: ...www stiga com GGP Sweden AB Box 1006 SE 573 28 TRAN S...