69
• Schakel bij de ingebruikname steeds eerst de zender in. Pas daarna mag de accupack van het voertuig met de
rijregelaar/ontvanger verbonden en het modelvoertuig ingeschakeld worden. Dit kan anders tot onvoorziene reacties
van de rijregelaar/ontvanger en dus ook het modelvoertuig leiden!
Trek de telescoopantenne van de zender altijd volledig uit, omdat de reikwijdte in het andere geval sterk afneemt.
• Een verkeerd gebruik kan ernstige persoonlijke letsels en materiële schade tot gevolg hebben! Rijd daarom enkel
zolang u direct zichtcontact met het modelvoertuig heeft. Rijd daarom ook niet ´s nachts.
• Rijd enkel als uw reactievermogen niet verminderd is. Vermoeidheid of beïnvloeding door alcohol of medicijnen kan
verkeerde reacties tot gevolg hebben (net als bij een echt voertuig).
• Denk eraan dat u met dit modelvoertuig niet op openbare straten en wegen mag rijden. Gebruik het enkel op privé
terreinen of op speciaal voorziene plaatsen.
• Rijd niet naar mensen of dieren toe!
• Rijd niet door nat gras, water, modder of sneeuw en als het regent. Het modelvoertuig is noch waterdicht noch
watervast.
• Vermijd ook om bij zeer lage buitentemperaturen te rijden. Bij koud weer kan de elasticiteit van het kunststof van de
carrosserie verminderen. Dan zullen ook kleine ongevallen beschadigingen aan het modelvoertuig veroorzaken.
• Rijd niet bij onweer, onder hoogspanningsleidingen of in de buurt van zendmasten.
• U mag bij het gebruik van het model geen risico´s nemen! Uw eigen veiligheid en die van uw omgeving is afhankelijk
van uw verantwoord gebruik van het model.
• Laat de afstandsbedieningszender steeds ingeschakeld zolang het modelvoertuig in gebruik is. Om het voertuig af
te zetten, moet u steeds eerst het voertuig uitschakelen en de accupack van de rijregelaar/ontvanger loskoppelen.
Pas daarna mag de afstandsbediening uitgeschakeld worden.
• Controleer vóór het gebruik en terwijl het voertuig stilstaat of het zoals verwacht op de commando´s van de
afstandsbediening reageert.
• Bij zwakke batterijen (of accu´s) in de afstandsbediening zal de reikwijdte verminderen. Als de rijaccu zwak wordt,
zal het voertuig langzamer worden of niet meer correct op de afstandsbediening reageren.
In zo´n geval moet u het rijden onmiddellijk stopzetten. Vervang daarna de batterijen/accu's in de zender door
nieuwe resp. laad de accu's terug op. Vervang het accupack van het voertuig door een volledig geladen accu resp.
laad het lege accupack terug op.
• Zowel de motor en de aandrijving als de rijregelaar en de accupack van het voertuig worden warm tijdens het
gebruik. Houd voor elke accuwissel resp. opladen een pauze van minstens 5-10 minuten.
Raak de motor, de rijregelaar en de accu niet aan tot deze afgekoeld zijn. Verbrandingsgevaar!