70
DE
EN
FR
IT
ES
NL
RU
PL
TR
AR
Meting van de lichaamstemperatuur
A.
Om de meting te starten, richt u met de thermometer op
het midden van het voorhoofd. Let er daarbij op dat de
meetsensor
(A)
niet verder dan 5 cm verwijderd is. Mocht
er haar, zweet of stof op het voorhoofd zitten, verwijder
dit dan of veeg het voorhoofd voor de meting schoon om
de nauwkeurigheid van de meting te verbeteren.
B.
Druk twee seconden op de functietoets
(C)
. Zodra u de toets loslaat, wordt de meting
gestart.
C.
Zodra u een lange pieptoon hoort, is de meting beëindigd en kunt u de temperatuurwaarde
aflezen op het display.
D.
Intelligente analyse van de lichaamstemperatuur. Als de gemeten temperatuur onder
37,5 °C (99,5 °F) ligt, wordt het meetresultaat op het beeldscherm met een groene
achtergrondverlichting weergegeven en is een lange toon te horen. Als de gemeten
temperatuur hoger dan 37,5 °C (99,5 °F) is, wordt het meetresultaat op het beeldscherm
met rode achtergrondverlichting weergegeven en zijn er 10 korte tonen te horen om de
patiënt duidelijk te maken dat hij / zij koorts kan hebben.
Meting van de objecttemperatuur
A.
Om de meting te starten, richt u met de thermometer
op het midden van het oppervlak. Let er daarbij op dat
de meetsensor
(A)
niet verder dan 5 cm verwijderd is.
Mocht er stof of vuil op het object zitten, verwijder dit dan
voor de meting om de nauwkeurigheid van de meting te
verbeteren.
B.
Druk twee seconden op de functietoets
(C)
. Zodra u de
toets loslaat, wordt de meting gestart.
BEDIENING VAN HET APPARAAT