PDFW 120 A2
NL
│
BE
│
71
■
r)
Gebruik het elektrische gereedschap niet in
de buurt van brandbare materialen.
Vonken
kunnen deze materialen doen ontvlammen.
s)
Gebruik geen opzetgereedschappen die
vloeibare koelstoffen nodig hebben.
Het ge-
bruik van water of andere vloeibare koelstoffen
kan leiden tot een elektrische schok.
Overige veiligheidsvoorschriften
voor alle toepassingen
Terugslag en passende veiligheids-
maatregelen
Een terugslag is een plotselinge reactie door een
opzetgereedschap dat blijft haken of blokkeert,
zoals een slijpschijf, schuurband, staalborstel
enz. Het vasthaken of blokkeren leidt tot een ab-
rupte stop van het roterende opzetgereedschap.
Daardoor versnelt een ongecontroleerd elektrisch
gereedschap tegen de draairichting van het opzet-
gereedschap in.
Als bijv. een slijpschijf in het werkstuk haakt of
blokkeert, kan de rand van de slijpschijf die in het
werkstuk gaat, vastlopen en daardoor de slijpschijf
doen uitbreken of een terugslag veroorzaken. De
slijpschijf wordt dan naar de gebruiker of van hem
weg bewogen, al naar gelang de draairichting van
de schijf op het blokkeerpunt. Hierbij kunnen slijp-
schijven ook breken.
Een terugslag is het gevolg van onjuist gebruik van
het elektrische gereedschap. Dit is te voorkomen
door passende voorzorgsmaatregelen, zoals
hieronder beschreven.
a)
Houd het elektrische gereedschap goed
vast en breng uw lichaam en armen in een
positie waarin u de terugslagkrachten kunt
opvangen.
De bediener kan door passende
veiligheidsmaatregelen de terugslagkrachten
beheersen.
b)
Werk bijzonder voorzichtig in de buurt van
hoeken, scherpe randen enz. Voorkom dat
de schijf uit het werkstuk terugslaat en vast-
loopt.
Het roterende hulpstuk heeft de neiging
vast te lopen bij hoeken, scherpe randen of
wanneer het afketst. Dit veroorzaakt controle-
verlies of een terugslag.
c)
Gebruik geen getand zaagblad.
Dergelijke
hulpstukken veroorzaken vaak een terugslag of
het verlies van de controle over het elektrische
gereedschap.
d)
Breng het opzetgereedschap altijd in dezelf-
de richting in het materiaal als waarin de
snijkant het materiaal verlaat (dit is dezelfde
richting als waarin de spanen worden uitge-
worpen).
Als het elektrische gereedschap in de
verkeerde richting wordt voortbewogen, breekt
de snijkant van het opzetgereedschap uit het
werkstuk, waardoor het elektrische gereedschap
in deze bewegingsrichting wordt getrokken.
e)
Span het werkstuk bij gebruik van draaivijlen,
doorslijpschijven, hogesnelheids-freesgereed-
schappen of hardmetaal-freesgereedschappen
altijd goed vast.
Al bij een geringe kanteling
in de groef lopen deze opzetgereedschappen
vast en kunnen ze een terugslag veroorzaken.
Een vastlopende doorslijpschijf breekt gewoon-
lijk. Bij het vastlopen van draaivijlen, hogesnel-
heids-freesgereedschappen of hardmetalen
freesgereedschappen kan het opzetgereed-
schap uit de groef springen en tot verlies van
de controle over het elektrische gereedschap
leiden.
Aanvullende veiligheidsvoorschriften
voor slijpen en doorslijpen
Bijzondere veiligheidsvoorschriften voor
slijpen en doorslijpen
a)
Gebruik uitsluitend de voor uw elektrische ge-
reedschap toegelaten slijpmiddelen en alleen
voor de aanbevolen toepassingsmogelijkhe-
den. Voorbeeld: Slijp nooit met het zijvlak
van een doorslijpschijf.
Doorslijpschijven zijn
bestemd voor het slijpen van materiaal met de
rand van de schijf. Door zijdelingse krachtinwer-
king op deze slijpschijven kunnen ze breken.
b)
Gebruik voor conische en rechte slijpstiften
met schroefdraad alleen onbeschadigde
stiften van de juiste grootte en lengte, zonder
ondersnijding aan de schouder.
Geschikte
stiften verminderen de kans op een breuk.
Summary of Contents for 353549 2010
Page 3: ...A...
Page 4: ...B F C D E...
Page 66: ...PDFW 120 A2 62 FR BE...
Page 144: ...PDFW 120 A2 140 SK...