50 | Ottobock
2) Maak de splitpen los en verwijder de rest van de trekbandage. Zet de
passant van de perlonkabel weer vast met een splitpen of arterieklem.
3) Pons in het leren plaatje voor de vastzetkabel een gat dat groot genoeg
is voor de klinknagel- of schroefverbinding.
4) Bevestig de vastzetkabel provisorisch aan de voorkant van de koker la-
teraal van de fossa infraclavicularis. Zo kan de lengte van de elastische
gordel beter worden bepaald (afb. 1).
5) Markeer de bandagegordel aan de gezonde zijde van het lichaam ter
hoogte van het sleutelbeen (afb. 1, pos. A).
6) Maak de splitpen of arterieklem los en trek de kabel aan het andere einde
zover door, dat de passant zich ter hoogte van de markering bevindt (afb.
1). Pons op deze plaats een gat ⌀ 4 mm. Zet de passant van de kabel
vast met een splitpen of arterieklem. De gordel kan nu worden ingekort.
7) Bevestig de niet-elastische gordel voor de schouderpassant met een
splitpen of arterieklem aan de vastzetkabel.
Grijpkabel voormonteren
1) Leid de onderste elastische bandagegordel via de onderste okselplooi
aan de gezonde zijde in de richting van de humeruskop aan de geam-
puteerde zijde (afb. 3).
2) Bevestig het leren plaatje provisorisch aan de achterkant van de koker.
Steek de trekspiraal in het daarvoor bedoelde bevestigingselement.
3) Leid de bandagegordel terug tot de onderste okselplooi en markeer de
gordel daar. Kort de gordel op deze positie in zoals beschreven onder
„Buigkabel“.
4) Breng over de okselpassant 21A29=* de okselbeschermer aan.
5) Verbind daarna de niet-ingekorte okselpassant provisorisch met de
grijpkabel (afb. 3).
Buigkabel voormonteren
Leid de niet-elastische bandagegordel vanaf de tegenoverliggende schou-
der onder de gordel voor de grijpkabel door diagonaal van boven naar
beneden naar de geamputeerde zijde (afb. 4).
Voor een optimale geleiding van het perlondraad kan er aan de binnen-
zijde van de bovenarmkoker een geleidering 21A16 worden aangebracht
(afb. 4, pos. A).
Summary of Contents for 21A19
Page 2: ...2 Ottobock 2 3 4 5 1 A A A...
Page 3: ...Ottobock 3 6 7 Vorderansicht R ckenansicht...
Page 109: ...Ottobock 109 2013 03 04 H I I 1 1 1 1 2 21A29 21A16 21Y203 10Y19 16H1 16H2 2 2 1 21A19 21A20...
Page 110: ...110 Ottobock 21A19 21A20 Ottobock 2 2 21 19 21 20 Ottobock 2 3 H Ottobock Ottobock I...
Page 111: ...Ottobock 111 Otto Bock HealthCare I 2 4 10A19 10A20 1 2 2 4 1 21 19 21 19...
Page 112: ...112 Ottobock 3 3 1 3 1 1 21 19 1 1 I 2 2 3 4 1 5 1 6 1 4 mm 7...
Page 113: ...Ottobock 113 1 3 2 3 4 21 29 5 3 4 21 16 4 1 2 2 4 1 1...
Page 118: ...118 Ottobock 2 2 21A19 21A20 Ottobock 2 3 Ottobock Otto Bock HealthCare...
Page 119: ...Ottobock 119 2 4 10A19 10A20 1 2 2 4 1 21A19 21A19 3...
Page 120: ...120 Ottobock 3 1 3 1 1 21A19 1 1 2 2 3 4 1 5 1 A 6 1 4 7 1 3...
Page 121: ...Ottobock 121 2 3 4 21A29 5 3 4 21A16 4 A 1 2 2 4 1 1 2 Ottobock Ottobock 21A13 1 21A13 2 21A14...
Page 125: ...Ottobock 125 16H2 2 2 1 21A19 21 20 21A19 21 20 2 2 2 3...
Page 126: ...126 Ottobock 2 4 10A19 10A20 2 1 2 2 4 1 21A19 21A19 3 3 1 3 1 1 21A19 1 1...
Page 127: ...Ottobock 127 2 2 3 4 1 5 A 6 1 4mm 7 1 3 2 3 4 21A29 5 3...
Page 128: ...128 Ottobock 4 D 21A16 4 A 1 2 2 4 1 1 2 21A13 1 21A13 2 21A14 3 7 3 6 Y 6 10Y19...
Page 129: ...Ottobock 129 3 10Y3 5 A 1 2 21Y203 29C5 M4x9 503F3 3 1 2 21A20 8 21A29 1 2 7 3 4 7 5 1...
Page 130: ...130 Ottobock 21A13 1 21A13 2 21A14 2 736Y6 1 2 21Y203 29C5 M4x9 503F3 4 GmbH 5 CE IX VII...
Page 132: ...132 Ottobock 2 2 21A19 21A20 2 3 2 4 10A19 10A20 1 2...
Page 133: ...Ottobock 133 2 4 1 21A19 21A19 3 3 1 3 1 1 21A19 1 1 2 2 3 4 1 5 1 A 6 1 s 4 7 1 3...
Page 136: ...136 Ottobock 2 2 3 29C5 M4x9 516S3 4 5 CE 93 42 EWG IX I VII...
Page 137: ...Ottobock 137...
Page 138: ...138 Ottobock...
Page 139: ......