Bediening
ESP
NDL
ENG
ITA
FRA
DEU
NDL
104
7 Bediening
Via het instelwiel (zie E in afb. 1) staan aan het kamerbedieningstoestel de bedie-
ningsfuncties ter beschikking. De instellingen worden aan de aangesloten radia-
torthermostaten alsook naar het Alpha IP App overgedragen en daar aangeduid.
• Temperatuur:
Het instelwiel naar rechts of naar links draaien, om de tempera-
tuur te wijzigen. In de automatische bedrijfsmodus blijft de ingestelde tempera-
tuur tot het volgende schakeltijdstip ongewijzigd. Daarna wordt het ingestelde
verwarmingsprofiel opnieuw geactiveerd. In de manuele bedrijfsmodus blijft de
temperatuur tot de volgende manuele wijziging behouden.
• Manuele en automatische bedrijfsmodus:
Het instelwiel gedurende 3 se-
conden indrukken, om tussen de bedrijfsmodi manueel en automatisch te wis-
selen. In de automatische bedrijfsmodus is het via het Alpha IP App ingestelde
verwarmingsprofiel actief. In de manuele bedrijfsmodus kan de temperatuur
aan het toestel of via het App ingesteld worden en blijft deze behouden tot de
volgende manuele wijziging.
• Boost-functie bij gebruik met radiatorthermostaten:
Het instelwiel kort-
stondig indrukken, om de Boost-functie voor snel, kortstondig opwarmen te
activeren. De Boost-functie blijft gedurende 5 minuten actief.