29
N
L
MOGELIJKE STORINGEN EN TOEGESTANE REMEDIES
8
STORING
OORZAAK
REMEDIE
Afname van het rendement. Veelvuldig starten.
Lage drukwaarden.
Overmatige vraag naar prestaties of eventuele
lekkage uit koppelingen en/of leidingen.
Mogelijkheid verstopt aanzuigfilter.
Vervang de pakkingen van de koppelingen of
vervang het filter.
De compressor stopt en start na enkele minuten
weer zelfstandig op.
Ingreep van de thermische beveiliging i.v.m.
oververhitting van de motor.
Reinig de luchtdoorvoeropeningen in de toevoer.
Lucht de werkruimte.
De compressor stopt na enkele startpogingen.
Ingreep van de thermische beveiliging i.v.m.
oververhitting van de motor (verwijdering
stekker tijdens bedrijf, lage voedingsspanning).
Bedien de stopschakelaar. Lucht de werkruimte.
Wacht enkele minuten en de compressor zal
zelfstandig weer opstarten. Verwijder eventuele
verlengsnoeren van de stroomkabel.
De compressor stopt niet en de veiligheidsklep
grijpt in.
Abnormale werking van de compressor of breuk
van de pressostaat.
Neem de stekker uit en breng het apparaat naar
het servicecentrum.
Alle overige werkzaamheden moeten door de erkende Servicecentra worden uitgevoerd, waarbij originele onderdelen gebruikt moeten worden.
Zelfstandig de machine proberen te repareren kan de veiligheid in gevaar brengen en maakt sowieso de garantie ongeldig.
Montage van het steunvoetje (ref. 4)
Monteer het steunvoetje zoals afgebeeld wordt in Fig. 7.
Montage van de transportgreep (voor de modellen die hiervan
voorzien zijn)
De transportgreep op de compressor vastschroeven zoals getoond in fig. 8.
STARTEN EN GEBRUIK
3
●
Controleer de overeenstemming met de gegevens op de typeplaat van de
compressor met de werkelijke gegevens van de elektrische installatie; er
wordt een spanningsvariatie van +/- 10% ten opzichte van de nominale
waarde toegestaan.
●
Steek de stekker van het snoer in het stopcontact en controleer dat de aan/
uitschakelaar die zich in de compressor bevindt in de UIT «O» -stand staat.
●
Nu is de compressor klaar voor gebruik.
●
D.m.v. de aan/uitschakelaar kunt u de compressor aanzetten, lucht in de
ontvanger pompen via de leverbuis naar de tank.
●
Zodra de bovenste afstelwaarde wordt bereikt (ingesteld door de
constructeur tijdens de keuringsfase), stopt de compressor.
Bij gebruik van lucht start de compressor automatisch op wanneer de
onderste afstelwaarde wordt bereikt (2 bar tussen bovenste en onderste
waarde).
●
Het is mogelijk om de druk in de tank te controleren door de bijgeleverde
manometer af te lezen.
●
The compressor zal blijven werken volgens zijn automatische cyclus totdat
de aan/uitschakelaar weer omgezet wordt.
●
Als men de compressor opnieuw wil gebruiken, dient men minstens
10 seconden na het uitschakelen te wachten alvorens de compressor
opnieuw te starten.
●
Alle compressoren zijn voorzien van een reduceerventiel (ref. 7). Met de
knop bij open kraan (door deze met de klok mee te draaien wordt de druk
vergroot en door deze tegen de klok in te draaien wordt deze verkleind)
kan de luchtdruk geregeld worden om het gebruik van pneumatische
gereedschappen te optimaliseren.
●
De ingestelde waarde kan op de manometer gecontroleerd worden (ref. 6).
●
De afgestelde druk kan op de snelkoppeling (ref. 5) worden ontnomen.
●
Controlleer of het luchtgebruik en de maximum druk van de te
proberen luchtdrukwerktuigen geschikt zijn met de aangetekende
druk op de drukregelaar en met de hoeveelheid lucht geleverd door
de compressor.
●
Schakel de machine na gebruik uit, neem de stekker uit het stopcontact en
leeg het reservoir.
SCHOONMAKEN EN ONDERHOUDEN
4
Let op!
Trek vóór alle schoonmaak- en onderhoudswerkzaamheid de
netstekker uit het stopcontact.
Let op!
Wacht tot de compressor helemaal is afgekoeld! Gevaar om
brandwonden op te lopen!
Let op!
Vóór alle schoonmaak- en onderhoudswerkzaamheden dient de ketel
drukloos te worden gemaakt.
Reinig de machine en zijn onderdelen niet met oplosmiddelen, ontvlambare
of giftige vloeistoffen. Gebruik uitsluitend een vochtige doek en controleer of
de stekker uit het stopcontact is genomen.
Na circa 2 uur gebruik moet het condenswater dat zich in de tank vormt
afgetapt worden. Blaas eerst alle lucht af met behulp van het aangesloten
accessoire, zoals hiervoor beschreven.
Het condenswater moet dagelijks worden afgelaten door de aflaatklep (ref.
11 - fig. 9) open te draaien (bodemkant van het drukvat).
Let op!
Condenswater dat niet wordt afgetapt kan de tank doen roesten,
waardoor de inhoud afneemt en de veiligheid in gevaar komt.
De VERWERKING van het condenswater moet gebeuren met
respect voor het milieu en overeenkomstig de geldende wettelijke
voorschriften, aangezien het om een vervuilend product gaat.
5. OPBERGEN
Trek de netstekker uit het stopcontact, ontlucht het apparaat en alle
aangesloten pneumatische gereedschappen. Berg de compressor op zodat
hij niet door onbevoegden in werking kan worden gesteld.
6. AFVALBEHEER
De verkoop van de compressor moet gebeuren voor de leidingen
die geschikt zijn en overeenstemmen met de eisen van de lokale
wetgeving.
7. GARANTIE EN REPARATIE
In geval van goederen met defecten of als reservedelen nodig zijn, dient u
contact op te nemen met het verkooppunt waar u het toestel gekocht heeft.
Summary of Contents for 22152330
Page 12: ...12 1g 1h 5 7 12 10 6 8 1i 5 8 10 7 12 6 12 5 8 6 7 12 10 1j 1k 12 8 7 10 12 5 6 8 6 5 7...
Page 13: ...13 15 15 16 16 3a 3b 3 15 16 3 3 16 16 15 15 4 5 3 3 13 14 3 3 14 2a a e d b c 2b...
Page 14: ...14 4 7a 7b 4 16 17 7c 15 15 17 17 4 16 17 3 2 6 Seeger...
Page 15: ...15 Open 11 Closed 7f 7g 8 9 15 17 4 9 2 7d 7e 15 17 4 16 15 17 4 16...
Page 37: ...37 G R 4 7 8 3 10 I O O OFF I O 2 bar I O 10 7 6 5 4 2 11 9 5 6 7 8...
Page 51: ...51 R U 4 7 8 3 10 O 2 10 7 6 5 4 11 9 5 6 7 8...
Page 59: ...59 B G 4 7 8 3 10 I O O OFF I O 2 I O 10 7 6 5 4 11 9 5 6 7 8...
Page 68: ...9041642 A...