60
NL
AANWIJZING!
Technisch gezien is het apparaat bij
99,9 % volledig opgeladen. Opladen tot
100 % is niet vereist! De volledige opla-
ding kan echter na een langere laadduur
worden bereikt. Alleen bij een lading van
100 % verandert de indicator op de
oplaadapparaat
(U)
van rood naar groen.
Trek na het opladen de stekker van het
oplaadapparaat
(U)
uit het stopcontact.
Trek vervolgens de laadstekker uit de
laadbus van de
.
7 Inbedrijfstelling
Afbeeldingen
-
WAARSCHUWING
LEES HOOFDSTUK 2 “VOOR UW VEILIG-
HEID” VOOR U HET APPARAAT IN
GEBRUIK NEEMT.
7.1 Onderdelen monteren
-
Plaats de drukslang
(I)
, zoals afge-
beeld, in de aansluiting
(V)
op de
. Plaats ver-
volgens de drukslang
(I)
in de
koppeling op het spuitpistool.
Alle aansluitingen moeten hoor-
baar vastklikken.
Plaats nu de sproeierbuis
(E)
op het
spuitpistool
(N)
zoals afgebeeld. Draai
de verbinding met de wartelmoer
(D)
handvast.
Monteer vervolgens de "4 in 1 sproei-
kop"
(F)
op de sproeierbuis
(E)
zoals
afgebeeld.
Monteer de pistoolhouder
(T)
op het
apparaat zoals afgebeeld.
Plaats de filterafdichting
(R)
en de kop-
peling voor de wateraansluiting
(S)
op
de wateraansluiting van het apparaat
(Q)
zoals afgebeeld.
Vergewis u ervan dat het te reinigen
oppervlak vrij is van voorwerpen zoals
stenen, schroeven enz. die omhoog
kunnen worden geslingerd.
7.2 Watervoorziening uit de
waterleiding
Sluit het apparaat aan op de watervoorzie-
ning in overeenstemming met hoofdstuk
4 "Technische gegevens". Volg daarbij de
veiligheidsaanwijzingen uit hoofdstuk 2.1.
Sluit de meegeleverde aanzuigslang
(H)
met de koppeling aan op het apparaat. Sluit
nu de waterslang aan op de watervoorzie-
ning en draai de waterkraan helemaal open.
ATTENTIE
Onjuist gebruik van het apparaat kan
materiële schade veroorzaken! Respec-
teer daarom de volgende veiligheids-
aanwijzingen:
Gebruik een reduceer-
ventiel wanneer de druk van de waterlei-
ding groter is dan 0,5 MPa (5 bar).
7.3 Watervoorziening uit open
houders
U kunt het apparaat in plaats van aanslui-
ting op de waterleiding ook voorzien van
water uit openen reservoirs zoals bijv.
regentonnen, emmers, vijvers etc. Houd
rekening met de max. aanzuighoogte uit
hoofdstuk 4 "Technische gegevens".
Bij hogere aanzuighoogte wordt de aan-
zuigduur verlengd.
Sluit de meegeleverde aanzuigslang met
koppeling aan op het apparaat.
Monteer het aanzuigfilter
(G)
op de kop-
peling aan het andere uiteinde van de
aanzuigslang en hang de slang bijvoor-
beeld in een regenton.
ATTENTIE
Apparaatschade door drooglopen! Wanneer
het apparaat niet binnen max. xx min. de
druk opbouwt, kan het apparaat beschadigd
raken. Schakel het apparaat onmiddellijk uit
en volg de aanwijzingen uit het hoofdstuk
10 "Problemen met het apparaat".
7.4 Gebruik
LET OP
Schakel de
in met
de ON/OFF-knop
(A)
op het apparaat en
stel de optimale spuitdruk voor uw toe-
passing in op de bedrijfsmodusknop
(C)
.
4
19
5
6
5
7
8
9
10
11
12
13
RZ_MULTIJET_36V.qxp_Text_NL 28.01.21 11:05 Seite 60