- 59 -
Levensmiddel
Bewaartijd
Spek, stoofschotels, melk
1 maand
Brood, roomijs, worst, erwten, bereide schelpdieren, vette vis
2 maanden
Niet-vette vis, schelpdieren, pizza, scones en muffins
3 maanden
Ham, cakes, koeken, rundvlees en lamskoteletjes, stukken pluimvee
4 maanden
Boter, groente (geblancheerd), volledig ei en dooiers, gekookte rivierkreeften, gehakt
(rauw), varkensvlees (rauw)
6 maanden
Fruit (droog of in siroop), eiwit, rundvlees (rauw), volledige kip, lamsvlees (rauw),
fruitcakes
12 maanden
Nooit vergeten:
•
Als u verse levensmiddelen met een minimale houdbaarheidsdatum invriest, moet u ze voor het verstrijken
van deze datum invriezen.
•
Controleer of de levensmiddelen vroeger reeds niet werden ingevroren. Bevroren levensmiddelen die
volledig ontdooid zijn mogen niet opnieuw worden ingevroren.
•
Zodra ontdooid, dienen de levensmiddelen snel opgegeten te worden.
ONTDOOIEN
Het koelvak ontdooit volledig automatisch
Tijdens de werking van de koelmachine worden er condensatiedruppels of rijm achteraan het koelvak gevormd.
Dit is normaal. Het is niet nodig om de condens of het ijs weg te vegen. Het achterpaneel ontdooit automatisch.
De condens stroomt in het condenskanaal en wordt naar de koelmachine geleid waar het verdampt.
Opmerking:
Houd het condenskanaal en afvoergat schoon zodat de condens kan wegstromen.
Het vriesvak ontdooien
Het vriesvak ontdooit niet automatisch om het ontdooien van de bevroren levensmiddelen te vermijden.
Een ijslaag in het vriesvak heeft een negatieve impact op de koeling van de bevroren levensmiddelen en leidt tot
een hoger stroomverbruik. Verwijder de ijslaag regelmatig.
WAARSCHUWING:
Schraap het ijs niet af met een mes of puntig voorwerp. De koelbuizen kunnen schade
oplopen.
1.
Haal de bevroren levensmiddelen uit het vriesvak en plaats ze tijdelijk in een koele ruimte.
2.
Stel de temperatuurregelaar in op de stand 0 en haal de stekker uit het stopcontact.
3.
Om het ontdooiproces te versnellen, plaats een pan met warm water op een stander in het vriesvak.
4.
Veeg de condens op met een doek of spons.
5.
Veeg het vriesvak droog.
6.
Steek de stekker in het stopcontact en stel de temperatuurregelaar op de gewenste positie in.
7.
Laat het apparaat 2-3 uur werken om de normale werkingstemperatuur te bereiken.
8.
Plaats de bevroren levensmiddelen opnieuw in de vriesladen.
NUTTIGE HINTS EN TIPS
Wij raden u aan om onderstaande tips te volgen en energie te besparen.
•
Houd de deur niet langdurig open om energie te besparen.
•
Zorg dat het apparaat zich uit de buurt van een warmtebron (direct zonlicht, elektrische oven of fornuis, etc.)
bevindt.
•
Stel de temperatuur niet lager in dan nodig.
•
Bewaar geen warme levensmiddelen of dampende vloeistoffen in het apparaat.
•
Plaats het apparaat in een goed geventileerde en vochtvrije ruimte.
•
Raadpleeg het hoofdstuk 'Uw niet apparaat installeren'.
•
De tekening in de sectie 'BESCHRIJVING VAN DE ONDERDELEN' geeft de juiste plaats voor de laden,
groentelade en legplanken weer. Pas deze combinatie niet aan om een hoger stroomverbruik te vermijden.
Tips voor het bewaren van verse levensmiddelen
•
Doe geen warme levensmiddelen direct in de koelkast of diepvries. De binnentemperatuur zal stijgen
waardoor de compressor harder moet werken en het energieverbruik aldus zal toenemen.
•
Bedek of verpak levensmiddelen, in het bijzonder wanneer ze een sterk aroma of geur afgeven.
•
Orden de levensmiddelen zodat de lucht ongehinderd door het apparaat kan circuleren.
Summary of Contents for COM-125597.1
Page 1: ......