42/10-55 XU
Temperatuursensor TSHD (SensyTemp Exd)
NL5
2.4
Temperatuurmeting in zone 0
Voor de temperatuurmeting in zone 0 moeten doorvoermantels resp. schuthulzen gebruikt
worden die aan de volgende vereisten voldoen:
Minimale wanddiktes
– 1 mm bij doorvoermantels resp. schuthulzen van roestvrij staal (b.v. volgens DIN 17440)
resp. van roestbestendige nikkel-legeringen (b.v. volgens DIN 17742)
– 3 mm bij doorvoermantels resp. schuthulzen van andere staalsoorten.
Plaatsing
De doorvoermantels resp. schuthulzen moeten qua materiaal en afmetingen zo geplaatst
worden, dat ze permanent aan de bedrijfsbelastingen met voldoende veiligheidsmarges
weerstaan (temperatuur, druk, stromingsgeïnduceerde buiging en trilling, corrosie enz.).
Controles
De doorvoermantels resp. schuthulzen moeten met 1,5 keer de nominale druk gecontroleerd
worden.
3
Installatie
Waarschuwing
Bij de installatie moeten de algemene vereisten voor de projectering, de keuze en de
opstelling van elektrische installaties in explosieve bereiken in acht genomen worden (b.v. EN
60079-14).
4
Montage en demontage
4.1
Montage van de temperatuursensoren met aansluitkop AGL, AGLH, AGLHD
Doorvoermantels resp. schuthulzen, halsbuizen
Aanwijzingen bij zone 0:
– geschikte doorvoermantels resp. schuthulzen voor de zonescheiding monteren
– eventueel afdichtingselementen met geschikte temperatuur-, druk- en corrosiebestendigheid
gebruiken.
Temperatuurverhoging door warmtetoevoer of warmteophoping vermijden (b.v. door voldoende
afstand tot hete onderdelen en thermische isolaties, warmteafvoer door ongehinderde luchtcir-
culatie)
Meetelement
Enkel proefmodelgeteste ABB-meetelementen gebruiken, waarvan de diameter bij de
opening van de aansluitkop past (ontstekingsdoorslagvaste spleet).
Bij schade aan het oppervlak in het bereik van de ontstekingsdoorslagvaste spleet het
meselement resp. het onderste aansluitkopdeel vervangen.
Leidingsschroefverbindingen
– Enkel individueel gecertificeerde leidingsschroefverbindingen van het geschikte
veiligheidstype gebruiken.
– Keurings- en montagevoorschriften van de leidingsschroefverbinding in acht nemen.
– Leidingsschroefverbindingen met schroefdraadlijm monteren (b.v. Loctite 273, niet vereist
bij NPT-schroefdraden, vooraf schroefdraad op beschadigingen controleren).
STOP