OPNEMEN
68
Nl
Opname-instellingen en andere handelingen dienen te worden verricht op de opname-apparatuur. Raadpleeg eventueel de
handleidingen van de betreffende componenten.
Het DTS signaal bestaat uit een digitale bitstroom. Als u probeert digitale opnamen te maken van de
DTS bitstroom, zal er slechts ruis worden opgenomen. Als u dit toestel wilt gebruiken om DTS
materiaal op te nemen, moet u een aantal dingen in gedachten houden en dient u de volgende
instellingen te verrichten. Om DTS gecodeerde DVD’s en CD’s (bij gebruik van een digitale
audioverbinding) af te kunnen spelen op een speler die geschikt is voor DTS, dient u de handleiding
van de speler te volgen en deze zo in te stellen dat de speler een analoog signaal produceert.
• Wanneer dit toestel uit (standby) staat, kunt u niet opnemen tussen op dit toestel aangesloten componenten.
• De TONE CONTROL instellingen (zie bladzijde 50), het ingestelde VOLUME, de luidsprekerniveaus (zie bladzijde 83) en de
geluidsveldprogramma’s (zie bladzijde 45) hebben geen invloed op het opgenomen materiaal.
• Er kunnen geen opnamen gemaakt worden van een signaalbron die is aangesloten op de MULTI CH INPUT aansluitingen van dit toestel.
• Digitale signalen die binnenkomen via de DIGITAL INPUT aansluitingen worden niet ten behoeve van uw opnamen gereproduceerd
via de analoge AUDIO OUT (REC) aansluitingen. Op dezelfde manier worden analoge signalen die binnenkomen via de AUDIO IN
aansluitingen niet gereproduceerd via de DIGITAL OUTPUT aansluiting. Als uw signaalbron alleen digitaal (of alleen analoog) is
aangesloten, kunt u dus ook alleen maar digitale (of alleen analoge) signalen daarvan opnemen.
• Een bepaalde signaalbron wordt niet gereproduceerd via hetzelfde OUT (REC) kanaal.
• S-video en composiet videosignalen worden gescheiden verwerkt door dit toestel. Daarom kunt u bij het opnemen of kopiëren van
videosignalen van een videobron die alleen is aangesloten op een S-video aansluiting (of alleen op een composiet video-aansluiting)
alleen een S-videosignaal (of alleen een composiet videosignaal) opnemen met uw videorecorder.
• Audiosignalen die binnenkomen via de DOCK aansluiting kunnen via de analoge AUDIO OUT (REC) uitgangsaansluitingen worden
weergegeven en opgenomen.
• Controleer de regelingen met betrekking tot het auteursrecht in het gebied waar u zich bevindt voor u opnamen gaat maken van CD’s,
radio enz. Opnemen van auteursrechtelijk beschermd materiaal kan inbreuk maken op de op het materiaal rustende rechten.
y
Maak een test-opname voor u aan de echte opname begint.
1
Zet alle aangesloten componenten aan.
2
Gebruik INPUT op het voorpaneel (of druk op
één van de ingangskeuzetoetsen op de
afstandsbediening) om de signaalbron
waarvan u wilt opnemen te selecteren.
3
Start de weergave op de geselecteerde
broncomponent of stem af op een zender.
4
Start de opname op de opnemende component.
OPNEMEN
Opmerkingen
Als u videomateriaal weergeeft met gescramblede (verhaspelde) of gecodeerde signalen die moeten voorkomen dat
het materiaal gekopieerd wordt, is het mogelijk dat deze signalen de weergave zelf storen.
LET OP
MASTER
PURE DIRECT
VOLUME
MAIN ZONE
INPUT
ON
OFF
ENHANCER
NIGHT
ZONE ON/OFF
ZONE CONTROLS
MODE
TUNING
PRESET/TUNING
EDIT
MULTI ZONE
FM/AM
TUNING
PRESET/
MAN'L/AUTO FM
MEMORY
MIC
OPTIMIZER
EFFECT
STRAIGHT
CONTROL
SELECT
AUDIO
TONE
A/B/C/D/E
PROGRAM
YPAO
ZONE 3
R
L
OPTICAL
ZONE 2
AUDIO
VIDEO AUX
SILENT CINEMA
S VIDEO
VIDEO
PHONES
ON/OFF
2
V-AUX/DOCK
AV
TV
DTV
DVR/VCR 2
VCR 1
DVD
CBL/SAT
MD/TAPE
CD-R
PHONO
TUNER
CD
MULTI CH IN
SLEEP
AUDIO SEL
POWER
POWER
POWER
STANDBY
2
INPUT
V-AUX/DOCK
DTV
DVR/VCR 2
VCR 1
DVD
CBL/SAT
MD/TAPE
CD-R
PHONO
TUNER
CD
of
Voorpaneel
Afstandsbediening