BEDIENINGSORGANEN EN FUNCTIES
5
Nl
INL
E
ID
ING
Nederlands
7
MULTI ZONE toetsen
ZONE 2 ON/OFF
Hiermee kunt u alleen de weergave in Zone 2 aan of
uit (standby) zetten.
Zie bladzijde 107 voor details.
ZONE 3 ON/OFF
Hiermee kunt u alleen de weergave in Zone 3 aan of
uit (standby) zetten.
Zie bladzijde 107 voor details.
Deze toetsen werken alleen wanneer MASTER ON/OFF
naar binnen, in de ON stand is gedrukt.
ZONE CONTROLS
Hiermee kunt u de te bedienen zone heen en weer
schakelen tussen de hoofdzone, Zone 2 en Zone 3. Zie
bladzijde 107 voor details.
y
Nadat u op ZONE CONTROLS heeft gedrukt, zal de
indicator voor de op dit moment geselecteerde zone
ongeveer 5 seconden lang knipperen op het display op het
voorpaneel. Voer de gewenste handeling uit terwijl de
indicator aan het knipperen is.
8
Display voorpaneel
Hierop wordt informatie getoond over de bediening en de
toestand waarin het toestel zich bevindt (zie bladzijde 10).
9
ENHANCER
Hiermee zet u de Compressed Music Enhancer
weergavefunctie aan of uit (zie bladzijde 52).
0
Sensor voor de afstandsbediening
Ontvangt de signalen van de afstandsbediening (zie
bladzijde 9).
A
NIGHT
Hiermee kunt u de nacht-luisterfuncties aan of uit zetten
(zie bladzijde 53).
B
PURE DIRECT
Hiermee zet u de Pure Direct weergavefunctie aan of uit
(zie bladzijde 50).
C
PROGRAM keuzeknop
• Hiermee kunt u geluidsveldprogramma’s selecteren (zie
• Hiermee kunt u de weergave van de lage/hoge tonen
regelen samen met TONE CONTROL (zie
bladzijde 50).
D
OPTIMIZER MIC aansluiting
Hierop kunt u de meegeleverde optimalisatiemicrofoon
aansluiten voor gebruik met de “AUTO SETUP” functie
(zie bladzijde 32).
E
PHONES aansluiting
Produceert audiosignalen waarnaar u ongestoord kunt
luisteren via een hoofdtelefoon (zie bladzijde 41).
F
VIDEO AUX aansluitingen
Via deze audio- en video-aansluitingen kunt u een externe
signaalbron zoals een spelcomputer of videocamera
aansluiten (zie bladzijde 27).
y
Om de signalen die via deze aansluitingen binnenkomen weer te
geven, dient u “V-AUX” in te stellen als signaalbron.
De audiosignalen die binnenkomen via de DOCK aansluiting op
het achterpaneel hebben voorrang boven de via de VIDEO AUX
aansluitingen binnenkomende signalen.
G
VOLUME
Hiermee kunt u het volume (uitgangsniveau) van alle
audiokanalen tegelijk instellen.
y
Dit heeft geen invloed op het AUDIO OUT (REC) niveau.
■
Open en dicht doen van de klep in het
voorpaneel
Wanneer u de bedieningsorganen achter het klepje wilt
gebruiken, kunt u dit openen door zachtjes op het onderste
deel van het paneel te drukken. Houd het klepje dicht
wanneer u deze bedieningsorganen niet nodig heeft.
Opmerking
Opmerking
Druk voorzichtig tegen het onderste deel om het klepje te
openen.