237
NL
4.
Instellen van de ketting
Uw fiets heeft slechts één tandwiel, de ketting wordt automatisch
gespannen doordat het wiel goed in het frame wordt vastgezet. Om de
kettingspanning aan te passen, kunt u de moeren aan beide zijden van
de naaf losdraaien en het wiel verder de inkeping induwen. Let op dat
de loodrechte as behouden blijft en draai de moeren weer aan. Zorg
ervoor dat alle moeren goed zijn aangedraaid voordat u de fiets
gebruikt.
5.
De ketting vervangen
Nieuwe kettingen worden over het algemeen verkocht met teveel
schakels dus de eerste stap is het aanpassen van de lengte van de
ketting. Het beste is het aantal schakels op de oude ketting te tellen.
Verwijder de klinknagel om de oude ketting van uw fiets te halen.
Zodra het verwijderd, monteer de nieuwe ketting. Laat de nieuwe
ketting rond de trapas en het tandwiel aan de achterkant lopen zodat
de ketting daarna goed in de andere overdrachtselementen grijpt. Om
de ketting te sluiten, raden wij een snelle sluiting aan. Hiervoor gebruikt
u een dikke schakel die u tussen twee dunne schakels zet. Zo kunt u
later de ketting ook makkelijk weer demonteren om deze schoon te
maken.
Om te controleren of de lengte van de ketting correct is, moet deze op
het kleine tandwiel worden gezet. De denkbeeldige lijn tussen de naaf
van het achterwiel en de as van het loopwiel aan de binnenkant van de
derailleur moet verticaal zijn.
6.
De trappers vervangen
Kijk naar de letter op de trapper voordat u de trapper vervangt. Op de
rechtertrapper staat “R” en op de linkertrapper staat “L”. Draai trapper
R met de klok mee om deze op de crank te bevestigen. Draai trapper
L tegen de klok in.
7.
Wiel en motor
Het is raadzaam de spaken aan te draaien na de eerste maand van
gebruik om de impact van de aandrijfmotor op het achterwiel te