61
Matching Needle / Fabric / Thread
Geschikte naald, garen en stof kiezen
Needle, fabric, thread selection guide
9-11 (70-80)
Lightweight fabrics: thin cottons, voile,
silk, muslin, interlocks, cotton knits,
tricot, jerseys, crepes, woven polyester,
shirt & blouse fabrics.
Light-duty thread in cotton,
nylon, polyester or cotton
wrapped polyester.
11-14 (80-90)
Medium weight fabrics: cotton,
satin, sailcloth, double knits,
lightweight woolen.
Most threads sold are medi-
um size and suitable for these
fabrics and needle sizes.
Use polyester threads on syn-
thetic materials.
Use cotton threads on natural
woven fabrics.
Always use the same thread on
top and bottom.
14 (90)
Medium weight fabrics: cotton
duck, woolen, heavier knits,
terrycloth, denims.
16 (100)
Heavyweight fabrics: canvas,
woolens, outdoor tent and
quilted fabrics, denims, uphol-
stery material (light to medium).
18 (110)
Heavy woolens, overcoat fabrics, uphol-
stery fabrics, some leathers and vinyls.
Heavy duty thread.
NOTES:
– In general, fine threads and needles are used for sewing fine fabrics, and thicker
threads are used for sewing heavy fabrics.
– Always test thread and needle size on a small piece of fabric which will be used for
actual sewing.
– Use the same thread for needle and bobbin.
Tabel voor het afstemmen van naalden, garen en stof
9-11 (70-80)
Fijne stoffen: dunne katoen, voile, serge,
zijde, mousseline, qiana, gebreid katoen,
tricot, jersey, crêpe, polyester, stoffen
voor overhemden en blouses.
Dun katoenen garen, nylon,
polyester of katoenen garen
met polyester kern.
11-14 (80-90)
Middelzware stoffen: katoen,
satijn, neteldoek, zeildoek, dub-
bel gebreide stof, lichte wol.
De meeste garens zijn van
gemiddelde sterkte en voor
deze stoffen en naaldsterktes
geschikt.
Gebruik polyester garen voor
synthetische en gemengde
materialen.
Gebruik katoenen garen voor
natuurlijke stoffen.
Gebruik voor de boven- en de
onderdraad in principe hetzelf-
de garen.
14 (90)
Middelzware stoffen: Katoenen
zeildoek, wol, dikkere gebreide
stoffen, badstof, jeans.
16 (100)
Zware stoffen: canvas, wollen
stoffen, tentdoek en quilts,
jeans, meubelstoffen (licht tot
middelzwaar).
18 (110)
Dikke wol, jasstoffen, meubel-
stoffen, leer en vinyl.
Sterk garen, tapijtdraad.
OPMERKINGEN:
– Als basisprincipe geldt: dun garen en naalden voor fijne stoffen en dikker garen en
naalden voor stevigere en zwaardere stoffen.
– Test het garen en de naald altijd op een klein lapje van de stof die wordt gebruikt.
– Gebruik hetzelfde garen voor de boven- en onderdraad.