
60
NL
Praktische informatie
C
61
NL
De
binnentemperatuur
is te hoog.
De deuren zijn te vaak of te lang geopend; een obstakel belet het sluiten van de deuren; er is onvoldoende vrije
ruimte aan de zijkant, achterkant of voorkant van het apparaat.
De
binnentemperatuur
is te laag.
Verhoog de temperatuur door de instructies in het hoofdstuk "Bediening" te volgen.
De deuren gaan
moeilijk dicht.
Controleer of de koelkast circa 10 tot 15mm naar achteren helt om ervoor te zorgen dat de deuren automatisch
sluiten en dat er zich binnenin geen voorwerpen bevinden die het sluiten van de deur beletten.
Water druppelt op
de vloer.
Het waterreservoir (aan de achterkant van de kast) is niet stabiel, of de afvoertuit (onder de compressor)
bevindt zich niet boven het waterreservoir of de tuit is verstopt. Indien nodig, breng de koelkast van de muur
weg om de staat van de tuit en het reservoir te controleren.
De lamp brandt
niet.
• De LED-lamp is defect. Raadpleeg de sectie "De LED-lamp vervangen" in het hoofdstuk "Reiniging en
onderhoud".
• Het regelsysteem heeft de lamp uitgezet omdat de deur te lang open wordt gehouden. Sluit de deur en
open opnieuw om de lamp opnieuw te laten branden.
Probleem
Mogelijke oorzaken en oplossing
Het apparaat werkt
niet naar behoren.
Controleer of de stekker juist in het stopcontact steekt.
Controleer of het apparaat is ingeschakeld door gedurende 1 seconde op de "POWER" knop te drukken.
Controleer de zekering of het circuit van uw voedingsmodule en vervang indien nodig.
De omgevingstemperatuur is te laag. Stel de kamertemperatuur op een lagere waarde in om dit probleem op
te lossen.
Om de compressor te beschermen is het normaal dat de diepvries niet werkt gedurende de automatische
ontdooicyclus of dat de compressor niet onmiddellijk wordt ingeschakeld na het onder stroom zetten van het
apparaat.
Onaangename
geur in de vakken.
Maak de binnenkant schoon.
Bepaalde levensmiddelen, houders of verpakkingen kunnen een onaangename geur afgeven.
Het apparaat
maakt lawaai.
Onderstaande geluiden zijn volledig normaal:
• Geluid van de compressor.
• Geluid van de kleine ventilatormotor in het vriesvak of andere vakken.
• Geluid van kokend water.
• Gekraak tijdens de automatische ontdooiing.
• Klikgeluiden wanneer de compressor wordt ingeschakeld.
Ongewone geluiden worden veroorzaakt door onderstaande redenen en kunnen de nodige maatregelen
vereisen:
• De kast staat niet waterpas.
• De achterkant van het apparaat staat tegen een muur.
• Flessen of houders zijn gevallen of rollen.
De motor draait
continu.
Het is normaal om regelmatig motorgeluid te horen. De motor moet echter harder draaien in de volgende
gevallen:
• De temperatuur is lager ingesteld dan nodig.
• Een grote hoeveelheid warme levensmiddelen werd recentelijk in het apparaat geplaatst.
• De temperatuur buiten het apparaat is te hoog.
• De deuren worden te vaak of te lang geopend.
• Onmiddellijk na installatie van het apparaat of na een langdurige uitschakeling.
Er wordt een
ijslaag in het vak
gevormd.
Controleer of de luchtafvoeren in het apparaat niet belemmerd worden en zorg dat de levensmiddelen op een
dergelijke wijze in het apparaat zijn geplaatst zodat de lucht ongehinderd kan circuleren. Controleer of de deur
juist is gesloten. Om het ijs te verwijderen, raadpleeg de sectie Reiniging en onderhoud.
Als er zich een probleem met uw apparaat voordoet of u denkt dat het apparaat niet naar
behoren werkt, voer onderstaande controles uit voordat u contact opneemt met een
technicus. Lees en begrijp het onderstaande .
OPGELET!
Repareer het apparaat nooit zelf. Als het probleem na het
uitvoeren van onderstaande vermelde controles niet is
opgelost, neem contact op met een vakbekwame elektricien,
een erkend servicecentrum of met de winkel waar u het
product hebt gekocht.
Probleemoplossing
Praktische informatie
C
Содержание 1D NF 328 E S180C
Страница 2: ......