27
Waarschuwingen
BRAND- EN EXPLOSIEGEVAAR
Ontvlambare oplosmiddeldampen op de werkplek kunnen exploderen of ontbranden. Zo reduceert u het
gevaar van brand- en explosiegevaar:
Het spuitapparaat produceert vonken. Geen ontvlambare vloeistoffen spuiten of het apparaat hiermee reini-
gen/spoelen.
Alleen materialen met een vlampunt boven 38° C of watergebaseerde materialen gebruiken.
Het spuitgebied moet altijd goed worden geventileerd. Er dient voldoende frisse lucht aanwezig te zijn.
Brandbare materialen mogen niet in de buurt van een open vlam of in de buurt van ontstekingsbronnen wor-
den gespoten en het apparaat mag op deze plaatsen niet met brandare materialen worden gespoeld.
De door het apparaat lopende lak en oplosmiddelen kunnen een statische oplading veroorzaken. Statische
elektriciteit in nabijheid van lak- of oplosmiddeldampen brengt een brand- of explosierisico met zich mee.
Houd het spuitapparaat bij het spuiten of spoelen ten minste 10 cm van voorwerpen verwijderd.
In het spuitgebied niet roken.
Geen lichtschakelaars, motoren of vergelijkbare producten die vonken produceren in het spuitbereik gebru-
iken.
Zorg ervoor dat de werkplek netjes en opgeruimd blijft en er geen lak- en oplosmiddelen of andere ontvlam-
bare materialen worden opgeslagen.
Maak u bekend met de ingrediënten van de gespoten lak en oplosmiddelen. Lees alle materiaal-veiligheids-
informatiebladen van de gebruikte lak en oplosmiddelen. Neem de veiligheidsrichtlijnen van de fabrikant in
acht.
Er moet altijd een bedrijfsklare brandblusser bij de hand zijn.
GEVAAR DOOR BINNENDRINGEN VAN HET MATERIAAL IN DE HUID
Met de onder hoge druk staande stoffen kan er gif in het lichaam binnendringen en zwaar letsel veroorzaken.
Als er materiaal in de huis is binnengedrongen, dan is onmiddellijke chirurgische behandeling vereist.
Besproei met het spuitapparaat geen mensen of dieren; het spuitapparaat mag ook niet op mensen of dieren
worden gericht.
Handen en andere lichaamsdelen uit de buurt van de sproeikop houden. Probeer bijvoorbeeld niet om uitlo-
pend materiaal met een lichaamsdelen te stoppen.
Vergendel altijd de trekkerblokkering als u het apparaat niet gebruikt. Controleer of de trekkerblokkering
goed werkt.
Gebruik altijd de sproeikopbescherming. Niet spuiten zonder aangebrachte sproeikopbescherming.
Ga voorzichtig te werk bij het reinigen en vervangen van sproeikoppen. Wanneer de sproeikop tijdens het
spuiten verstopt raakt, laat dan de druk af om het apparaat uit te schakelen en de druk te ontlasten voordat
u de sproeikop verwijdert om deze te reinigen.
Содержание PowerCoat
Страница 146: ...146 ...
Страница 147: ...147 ...