SITRANS P DS III/P410 (7MF4.33.. 7MF4.34.. 7MF4.35..)
296
A5E03434626-04, 05/2015
De werkprocedure
GEVAAR
Giftige vloeistoffen
Vergiftigingsgevaar bij het ontluchten van het apparaat.
Bij het meten van giftige meetstoffen met dit apparaat kunnen bij het ontluchten giftige vloeistoffen vrijkomen.
•
Zorgt u er voor het ontluchten voor dat er geen vloeistoffen in het apparaat zijn of neemt u adequate
voorzorgsmaatregelen.
Om de drukmeetomvormer bij vloeistoffen in werking te nemen, gaat u als volgt te werk:
1.
Open beide afsluiters
⑥
aan de drukopnamepunten.
2.
Open de compensatieafsluiter
②
.
3.
Bij de drukmeetomvormer onder de werkdruksensor opent u achtereenvolgens de beide uitblaasventielen
⑦
een beetje,
totdat luchtvrije vloeistof ontsnapt.
Bij de drukmeetomvormer boven de werkdruksensor opent u achtereenvolgens de beide ontluchtingsventielen
⑩
een
beetje, totdat luchtvrije vloeistof ontsnapt.
4.
Sluit beide afloopventielen
⑦
of ontluchtingsventielen
⑩
.
5.
Open de werkdrukafsluiter
③
en het ontluchtingsventiel aan de positieve kant van de drukmeetomvormer
①
een
beetje, totdat luchtvrije vloeistof ontsnapt.
6.
Sluit het ontluchtingsventiel.
7.
Open het ontluchtingsventiel aan de negatieve kant van de drukmeetomvormer
①
een beetje, totdat luchtvrije vloeistof
ontsnapt.
8.
Sluit het werkdrukafsluiter
③
.
9.
Open enigszins de werkdrukafsluiter
④
, tot er luchtvrije vloeistof ontsnapt, sluit het daarna af.
10.
Sluit het ontluchtingsventiel aan de negatieve kant van de drukmeetomvormer
①
.
11.
Open de werkdrukafsluiter
③
in een ½ draaiing.
12.
Bij een meetbegin van 0 kPa controleert u het nulpunt (4 mA) en corrigeert u dit bij een eventuele afwijking.
13.
Sluit de compensatieafsluiter
②
.
14.
Open de werkdrukafsluiter (
③
of
④
) helemaal.