28
DUTCH
Stroomvoorziening
• Te gebruiken met het netsnoer: Steek de bijgeleverde netkabel
in de netkabelaansluiting van de besturingskast. Sluit de licht-
kop aan op de bedieningskast met behulp van de meegeleverde
kabel.
Druk de aan/uit-schakelaar op de bedieningskast ongeveer 2
seconden in om de bedieningskast en de lampkop aan of uit te
schakelen. Als het apparaat in de slaapstand staat, kunt u het
opnieuw activeren door kort op de aan/uit-schakelaar te druk-
ken.
• Gebruik met oplaadbare V-Mount batterijen: Sluit de accu(‚s)
(niet meegeleverd) via de meegeleverde connector aan op de
bedieningskast en druk de aan/uit-schakelaar ca. 2 seconden
in om de LED-verlichting in te schakelen. Voor het gebruik op
batterijen adviseren wij V-Mount batterijen met een energie
van minimaal 190 Wh (Soluna 300 Pro) of 250 Wh (Soluna 500
Pro).
Compatibiliteit van de accessoires:
• De LED-permanente verlichting is uitgerust met een paraplu-
houder op de verlichtingskop voor reflex- en transmissiekleuren
en de Bowens S-type bajonet voor het gebruik van verschillende
lichtvormers (softboxen, reflectoren, schoonheidsschotels, enz.).
• Steek de lichtvormer met de drie bajonetpennen in de bijbe-
horende uitsparingen op de LED-verlichtingskop en vergrendel
hem door hem kort naar rechts te draaien tot hij hoorbaar
vastklikt.
• Om de lichtvormer te verwijderen, trekt u de bajonetontgren-
delingsknop naar achteren, draait u de lichtvormer naar links
en trekt u hem naar voren.
U-beugel:
Om de LED-lamp ook van bove-
naf te kunnen monteren (bijv.
aan het plafond), wordt het
apparaat met behulp van de
handige U-beugel bevestigd. U
kunt de knoppen aan de zijkan-
ten losmaken, de beugel om-
draaien en weer van bovenaf
monteren. Dit zorgt ervoor dat
de warmte nog steeds betrouw-
baar wordt afgevoerd.
Helderheid
Pas de helderheid aan:
• Draai na het inschakelen de instelknop met de klok mee om de
helderheid te verhogen en tegen de klok in om de helderheid
te verlagen.
• De helderheid kan worden ingesteld tussen 0% en 100% in
stappen van 1%.
Verlichtingseffecten
U kunt de LED permanent licht gebruiken om verschillende
lichteffecten te creëren. Druk hiervoor kort op de knop van de
lichteffectmodus om de effecten te openen. Door nogmaals kort
op de licht effect mode knop te drukken, kunt u nu kiezen tussen
de verschillende modi:
1: TV flikkering
2: Flikkerende gloeilamp
3: Vuurwerk
4: Onweersbuienmodus
5: Knipperende modus
Na het selecteren van het gewenste lichteffect, drukt u kort op
de instelknop om het effect in te stellen. Druk eenmaal op om
de helderheidsinstelling te openen, druk nogmaals op om de fre-
quentie-instelling te openen. Door aan de instelknop te draaien
kunt u de helderheid aanpassen tussen 0 – 100% en de frequen-
tie tussen 1 – 10. 1 beschrijft de langzaamste en 10 de snelste
frequentie.
• De modi 1 en 2 draaien continu, de modi 3, 4 en 5 spelen korte
lichtsequenties af. Om ze te starten, drukt u kort op de start-
knop voor het lichteffect.
• Om de lichteffecten uit te schakelen, drukt u op de retourtoets.
Instellingenmenu
• Druk tegelijkertijd op de toetsen van de radiosignaal- en licht-
effectmodus om het instellingenmenu te openen.
• Druk kort op de instelknop om door de opties te bladeren.
Wanneer een optie is geselecteerd, wordt het pictogram groen.
Draai aan de instelknop om de instelling te selecteren, bevestig
door kort op de instelknop te drukken en druk op de retourto-
ets om terug te keren naar het menu.
Het instellingenmenu bevat de volgende opties:
• Koeling: Auto / Aan / Uit
• Communicatie: Radiosignaal
meer dan 2,4 GHz /
Bluetooth* / DMX
• Reset Bluetooth*:
Ja / Nee
• Fabrieksinstellingen:
Ja / Nee
Koeling
• U kunt het koelsysteem van het LED-lampje in- of uitschakelen.
Ga hiervoor naar het instellingenmenu en schakel het koelsys-
teem uit via het eerste instelpunt. Het symbool in het display
geeft aan of het koelsysteem is in- of uitgeschakeld.
• Houd er rekening mee dat wanneer het koelsysteem is uitge-
schakeld, de LED-verlichting slechts met een maximaal ver-
mogen van 30% kan worden gebruikt om het te beschermen
tegen oververhitting. Dit gereduceerde vermogen wordt echter
als 100% vermogen aangegeven.