135
Bevel: Transponder (T)
Bevelsbeschrijving: Laadt het transpondernummer uit het transpondergeheugen van de
stuurmodule of stelt deze in. Het transpondernummer wordt daarbij met 10 tekens (vb.
AC3F00D1B4) als hexadecimaal gecodeerde ASCII-tekenvolgorde aangegeven.
Formaat:
<STX><ADR>LT<INDEX><CRC><EOT>
<STX><ADR>ST<INDEX><DATA><CRC><EOT>
Voorbeeld: <STX>FFLT0032F1<EOT>
<STX>FFLTA16004A0D350<EOT>
Leest transpondernummer A16004A0D3 uit geheugenplaats 0032h, i.e. de 50e plaats.
Bevel: Tijdsvenster voor autorisering (Z)
Bevelsbeschrijving: Met dit bevel wordt de stuurmodule geconfigureerd tot welke tijden
een transponder geautoriseerd is. Daarbij kunnen de weekdagen en 4 tijdsvensters per
transponder worden opgeslagen. De gegevens zijn daarbij 5 byte (10 ASCII-tekens)
lang.
Formaat:
<STX><ADR>LZ<INDEX><CRC><EOT>
<STX><ADR>SZ<INDEX><DATA><CRC><EOT>
Gegevensformaat: [Weekdag] [MIN(van)] [STD(van)] [MIN(bis)] [STD(bis)]
1. byte: weekdag (bit 0 altijd op waarde 0)
Bit 7
Bit 6
Bit 5
Bit 4
Bit 3
Bit 2
Bit 1
Bit 0
Zo
Za
Fr
Do
Woe
Di
Ma
0
2. byte: minuten (van) BCD gecodeerd
Bit 7
Bit 6
Bit 5
Bit 4
Bit 3
Bit 2
Bit 1
Bit 0
Tientallenkolom
Eenhedenkolom