88
d) Accu’s/batterijen in de zender plaatsen
Open het batterijvak op de zender en leg daar ofwel batterijen ofwel volledig opgeladen accu’s in. Let hierbij op de
juiste polariteit (plus/+ en min/-), zie aanduiding in het batterijvak. Sluit het batterijvak weer.
Neem de afzonderlijk meegeleverde gebruiksaanwijzing van de afstandsbediening in acht.
e) Zender in gebruik nemen
Breng de zender in en breng de trimming voor de stuur- en rijfunctie telkens in de middelste stand.
Als de zender over een Dualrate-functie beschikt, moet deze worden gedeactiveerd of zodanig worden ingesteld dat
de stuurinslag niet begrensd wordt.
Neem de afzonderlijk meegeleverde gebruiksaanwijzing van de afstandsbediening in acht.
f) De rijaccu in het voertuig plaatsen
Let op!
U mag de rijaccu nog niet met de rijregelaar verbinden. Stel aan de rijregelaar het juiste accutype in (zie
hoofdstuk 9. c). Neem vervolgens de zender in gebruik, zie hoofdstuk 9. d) en 9. e).
Belangrijk!
Dit voertuig is uitsluitend geschikt voor een LiPo-rijaccu met 2 cellen (nominale spanning 7,4 V) of een
NiMH-rijaccu met 6 cellen (nominale spanning 7,2 V).
Bij gebruik van rijaccu's met meer cellen bestaat brandgevaar door oververhitting van de rijregelaar, boven-
dien wordt de aandrijving van het voertuig overbelast en daardoor beschadigd (vb. differentieel). Verlies van
waarborg/garantie!
Maak de klittenband (A) van de accuhouder los.
Plaat de rijaccu zodanig dat de aansluitkabel van de accu
naar achter wijst. Anders kan de aansluitkabel de stuur-
mechaniek in haar werking hinderen.
Trek de klittenband strak aan zodat de rijaccu vast zit en
sluit de klittenband.
A
Содержание 1400039
Страница 102: ...102 ...
Страница 103: ...103 ...