PBLG 52 A1
■
44
│
NL
│
BE
Starten bij warme motor
(Het apparaat heeft minder dan 15–20 minuten stilgestaan.)
♦
Zet de aan-/uitknop
0
op “I”.
♦
De choke
t
hoeft voor het starten van de warme motor niet te worden
uitgetrokken.
♦
Druk het apparaat met de linkerhand op het frame
1
tegen de grond
(LET OP! Niet met de voet!). Trek met de rechterhand langzaam aan
het startkoord
z
tot u weerstand voelt.
LET OP!
►
Trek het startkoord
z
altijd rechtuit. Houd de greep van het start-
koord
z
vast, wanneer het startkoord
z
weer wordt ingetrokken.
Laat het startkoord
z
nooit los zodat het terugschiet.
♦
Trek nu snel aan het startkoord
z
. Het apparaat moet na 1–2 keer
trekken starten. Als het apparaat na 6 keer trekken nog niet start,
herhaalt u de procedure bij “Starten bij koude motor”.
Parkeergas-/gashendelvergrendeling
♦
Druk de gashendel
9
halverwege in en druk vervolgens op de
gashendelvergrendeling .
♦
Laat nu de gashendel
9
en de gashendelvergrendeling los.
De gashendel
9
is nu vastgezet.
OPMERKING
►
Wanneer de gashendelvergrendeling wordt bediend, draait het
apparaat niet op volle kracht!
De motor uitzetten
Volgorde bij noodstop
♦
Als het apparaat onmiddellijk moet worden gestopt, zet u de aan-/
uitknop
0
op “0”.
Normale volgorde
♦
Laat de gashendel
9
los. De motor loopt met onbelast toerental.
Zet de aan-/uitknop
0
op “0”.
Basiswerktechnieken
■
Zorg dat u met het apparaat vertrouwd bent voordat u het in gebruik
neemt.
WAARSCHUWING!
►
WAARSCHUWING! Waarschuwing voor omhoog geslingerde voor-
werpen. Draag altijd oogbescherming. Omhoog geslingerde stenen
en vuil kunnen in de ogen terecht komen en zwaar letsel of zelfs
blindheid veroorzaken. Zorg ervoor dat onbevoegden op afstand blij-
ven. Kinderen, dieren, toeschouwers en mensen die helpen, dienen
buiten een veiligheidszone van 15 meter te blijven. Schakel het appa-
raat
onmiddellijk uit als iemand dichterbij komt.
►
Gebruik het apparaat niet als de uitlaat in de motorkap door een muur
of iets anders wordt afgedekt. Anders kan het apparaat beschadigd
raken. Zorg tijdens het werken altijd voor een afstand van minstens
50 cm tot andere voorwerpen.
■
De bladblazer wordt tijdens gebruik met een op de schouders rustend
harnas gedragen. Het wordt aangestuurd met de rechterhand op de
greep van de buis.
■
De snelheid van de luchtstroom wordt geregeld met de gashendel.
De snelheid dient te worden aangepast aan de uit te voeren werkzaam-
heden.
■
Zorg ervoor dat de luchtinlaat niet verstopt raakt met blad of vuil.
Een verstopte luchtinlaat reduceert de prestaties en verhoogt de werktem-
peratuur van de motor, wat tot gevolg kan hebben dat de motor afslaat.
Zet zo nodig de motor uit en verwijder oneigenlijke voorwerpen.
■
Houd rekening met de windrichting. Het is gemakkelijker om met de
wind mee te werken.
■
De bladblazer dient niet te worden gebruikt voor het maken van grote
bladerhopen, omdat dat erg veel tijd vergt en onnodig lawaai veroor-
zaakt.
■
Zorg altijd voor een stevige en veilige werkstand.
■
Berg de machine na gebruik rechtop staand op.
Содержание 378378 2110
Страница 3: ...2 1 1 2 A A2 A1 B B C D B B A1 C D...
Страница 135: ...PBLG 52 A1 132 HU...
Страница 147: ...PBLG 52 A1 144 SI...