37
Nederlands
7.1
Sluit de oplader aan op de voeding door
de verhoogde ribben van de accu uit te
lijnen met de montagesleuven op de
oplader en deze op zijn plaats te
schuiven (Zie
Fig. D
).
7.2
Steek de oplader in op een geschikt
stopcontact.
7.3
De oplader evalueert de toestand van de
accu en begint met opladen. De
stroomindicator op de accu knippert op
volgorde van rood naar groen,
afhankelijk van wat de oplader evalueert.
OPMERKING: Wanneer de accu wordt
opgeladen knippert het groene LED op de
oplader. Als de accu volledig is opgeladen,
dan stopt de groene LED met knipperen en
blijft deze groen en gaat de stroomindicator
op de accu uit. De ventilator in de oplader
draait continu om de accu te koelen.
7.4
Haal de accu uit de oplader en koppel de
lader los van de voeding.
Houdt er rekening mee dat:
• De accu wordt volledig opgeladen als
deze op de oplader blijft zitten, maar zal
niet worden overladen.
• Nadat de accu is opgeladen, verwijdert u
deze en laat u deze NIET gedurende
langere tijd op de oplader staan.
• De oplader kan warm worden tijdens het
opladen. Dit maakt deel uit van de
normale werking van de oplader.
• Laad de accu op in een goed
geventileerde ruimte en vermijd extreme
hitte en kou. De oplader werkt het beste
bij normale kamertemperatuur.
Een hete accu opladen
Continu gebruik van de oplader kan
veroorzaken dat accu's heet worden. Laat een
hete accu ten minste 30 minuten afkoelen
voordat u deze probeert op te laden.
Als de oplader niet wordt opgeladen of als er
problemen worden gedetecteerd, neem dan
contact op met de klantenservice voor
ondersteuning.
8. Probleemoplossing
PROBLEEM
OORZAAK
OPLOSSING
De oplader doet het
niet. De rode LED
knippert of alle LED's
gaan uit.
• De accu of oplader
is defect of er is
een slechte
verbinding tussen
accu en oplader.
• Neem de accu van de oplader af en
plaats deze opnieuw in de oplader.
• Probeer een andere accu op te laden.
• Haal de stekker van de oplader uit het
stopcontact en wacht tot het rode
lampje uitgaat. Steek vervolgens de
stekker weer in het stopcontact.
De oplader werkt niet
en de rode LED
brand.
• De accu is te heet
of te koud.
• Laat de accu op de normale
temperatuur komen. Het opladen
begint wanneer de accutemperatuur
is gezakt naar 37°F (3°C)-135°F
(57°C)
De oplader
produceert een
ritmisch geluid en de
stroomindicator op
de accu is UIT.
• De accu is
diepontladen.
• Laat de accu op de oplader staan en
controleer binnen 30 minuten of de
stroomindicator op de accu gaat
branden. Zo ja, dan is het activeren
van de accu gelukt. Als dit niet het
geval is, kan de accu beschadigd zijn.