Nederlands (
N
L)
86
8.2 Motorbeveiliging
8.2.1 Stuwpomp CME 5-4
De motor beschikt over thermische beveiliging tegen langzame
overbelasting, blokkering en drooglopen.
8.2.2 Voedingspomp SPO 5-55
De voedingspomp wordt beveiligd door een onderbreker met
automatisch resetten. De onderbreker ter beveiliging van de
motor bevindt zich in de besturingskast en werd in de fabriek
ingesteld.
8.3 Installatie conform de EMC-richtlijnen
Om te zorgen voor correcte elektromagnetische compatibiliteit,
moeten de volgende richtlijnen voor de communicatie- en sig-
naalkabels opgevolgd worden:
•
Laat de kabelafscherming zo dicht mogelijk bij de aansluit-
klemmen.
•
Bevestig de afscherming met een kabelklem.
Afb. 3
Voorbeeld van een gestripte kabel met afscherming
•
Sluit de afscherming van de communicatie- en signaalkabels
aan aan beide zijden van het frame.
•
De schroeven voor de frameaansluitingen moeten altijd vast-
gedraaid worden, ongeacht of er al dan niet een kabel aange-
bracht is.
9. Bedieningspaneel
Afb. 4
Bedieningspaneel van de CU 361
De actieve toetsen hebben achtergrondverlichting.
TM
02
13
25
09
01
T
M
04
23
94
25
08
1
2
3
5
4
6
7
8
9
10
11
12
13
CU 361
Pos.
Toets/
signaal-
lampje
Omschrijving
1
LCD-display
2
Gaat naar de volgende kolom in de
menustructuur
Druk op [>] om naar de volgende kolom in
het menu te gaan. Indien u drukt op [>] in
de laatste kolom, gaat u naar de eerste
kolom links.
3
Gaat naar de hulptekst
Druk op [?] om de hulptekst weer te
geven. Alle elementen in het display
beschikken over een selecteerbare hulp-
tekst.
Druk nogmaals op [?] om het hulpvenster
te sluiten.
4
Gaat omhoog in de lijsten
Druk op [
∧
] om in de lijsten omhoog te
gaan.
Indien u drukt op [
∧
] op de bovenste lijn
van de lijst, gaat u naar de onderzijde van
de lijst.
5
Gaat omlaag in de lijsten
Druk op [
∨
] om in de lijsten omlaag te
gaan.
Indien u drukt op [
∨
] op de onderste lijn
van de lijst, gaat u naar de bovenzijde van
de lijst.
6
Verhoogt de waarde van een geselec-
teerde parameter
Druk op [+] om de waarde van een gese-
lecteerde parameter te verhogen.
7
Verlaagt de waarde van een geselec-
teerde parameter
Druk op [-] om de waarde van een gese-
lecteerde parameter te verlagen.
8
Gaat één display terug
Druk op [esc] om terug te keren naar het
vorig display in het menu.
Druk op [esc] om een wijziging te annule-
ren.
9
Gaat terug naar het menu "Status"
Druk op [home] om terug te keren naar
het display van het systeemoverzicht.
10
Bewaart een waarde
Druk op [ok] als entertoets.
Gebruik ook [ok] om het proces van wijzi-
ging van een waarde te starten en om de
wijziging op te slaan.
11
Groen signaallampje (bedrijf)
Het groen signaallampje brandt wanneer
de voeding ingeschakeld is.
12
Rood signaallampje (alarm)
Het rood signaallampje brandt, wanneer
er een alarm of waarschuwing is. De sto-
ring kan geïdentificeerd worden op basis
van de alarmlijst.
13
Wijzigt het contrast van het display
Druk op de contrasttoets om het contrast
van het display te wijzigen.
Druk op [+] of [-] om het contrast te ver-
groten of te verkleinen.
