12
Inbetriebnahme
Um eine sachgemäße Inbetriebnahme zu gewährleisten, lesen Sie vor
Gebrauch unbedingt diese Bedienungsanleitung mit den Sicherheits-
hinweisen vollständig und aufmerksam durch!
Einlegen & Wechseln der Fernbedienungsbatterien
Reagiert das Gerät nicht mehr auf die Fernbedienung oder
nimmt die Reichweite ab, spätestens jedoch nach einem
Jahr ist ein Batteriewechsel vorzunehmen.
Gehen Sie hierzu wie folgt vor:
Auf der Unterseite der Fernbedienung befindet sich das
Batteriefach.
Drücken Sie auf die Markierung des Batteriefachdeckels
und schieben Sie diesen sanft in Pfeilrichtung vom Gerät.
Legen Sie zwei Mikrobatterien polungsrichtig in das Batte-
riefach ein. Die korrekte Polung ist anhand der Aufschrift im
Batteriefach zu erkennen.
☞
Benutzen Sie Alkaline Mikrobatterien um eine möglichst lange Batteriele-
bensdauer zu erreichen.
Legen Sie jeweils
zwei
neue Batterien ein, benutzen Sie nicht eine alte und
eine neue Batterie gleichzeitig.
Batterien gehören nicht in Kinderhände.
Batterien sind Sondermüll und gehören nicht in den Hausmüll!
Entfernen Sie die Batterien bei längerer Nichtbenutzung der Fern-
bedienung.
Lassen Sie die Batterien nicht offen herumliegen, es besteht die
Gefahr, daß diese von Kindern oder Haustieren verschluckt wer-
den. Suchen Sie im Falle eines Verschluckens sofort einen Arzt
auf!
Achten Sie darauf, daß die Batterien nicht kurzgeschlossen oder
ins Feuer geworfen werden. Die Batterien dürfen nicht aufgeladen
werden. Es besteht Explosionsgefahr.
Eine ausgelaufene oder beschädigte Batterie kann bei Berührung
mit der Haut Verätzungen verursachen, benutzen Sie deshalb in
diesem Fall geeignete Schutzhandschuhe.
133
• Op het display van de decoder beginnen de telkens geselecteerde luidsprekers te
knipperen.
• Druk op de
▲
of de
▼
toets om de Balance-instelling te verhogen, resp. te verklei-
nen. De Balance-waarde kan met +/- 5 dB worden gewijzigd.
• U hebt twee mogelijkheden om de modus te verlaten:
- Om de instelling te activeren, drukt u na de instelling op de SETTING-toets, de
instelprocedure wordt vervolgd en schakelt naar de Reset-modus.
- Druk gedurende ca. 8 seconden op geen enkele toets, het toestel verlaat de
instelprocedure en keert terug naar het gebruikersniveau.
In beide gevallen worden de voorinstellingen opgeslagen.
Reset
De resetfunctie zet het toestel terug op de fabrieksinstelling.
• Druk nadat u de Balance-instelling hebt afgesloten weer op de SETTING-toets, het
toestel keert naar de resetinstelling.
• De aanduiding RESET op het display begint te knipperen.
• Druk op de
▲
of de
▼
toets om tussen de instelmogelijkheden NO en YES te selec-
teren.
• Selecteer de instelling NO om deze mogelijkheid over te slaan, selecteer YES om
een reset (terugstelling op de fabrieksinstelling) uit te voeren.
• Druk opnieuw op de SETTING-toets, indien voordien de instelling NO werd gese-
lecteerd, keert het toestel terug naar het gebruikersniveau. Indien voordien YES
werd ingesteld, voert het toestel een reset uit. De instellingen worden weer op de
fabrieksinstellingen ingesteld, het toestel keert terug naar het gebruikersniveau.
Selecteren
2 x drukken
voor oproepen
& bevestigen
Instelling bevestigen
Selecteren
